Telers en horeca slaan handen ineen om aspergeseizoen en omzet te redden
Aspergesvandeteler.nl brengt aspergetelers en horeca direct bij de consument
De coronacrisis raakt zowel de horeca als de aspergesector hard. Het aspergeseizoen valt precies samen met de maatregelen rond het coronavirus. Zeker de start van het seizoen is cruciaal, als bijna de helft van de oogst van veel aspergetelers naar restaurants en eetcafés gaat. Reden voor horeca en telers om de handen ineen te slaan.
In slechts enkele dagen tijd heeft Ibeo, boekhoud- en administratiekantoor voor horeca, het verkoopplatform op poten gezet. „We hopen dan ook dat mensen massaal gaan bestellen via de site”, zegt Geert Leijen, eigenaar van Ibeo en initiatiefnemer van de website aspergesvandeteler.nl. Leijen is met zijn kantoor gevestigd in Amsterdam maar komt oorspronkelijk uit het zuiden. Ibeo heeft veel gedupeerde horeca-ondernemers als klant. Het initiatief wordt onder meer gesteund door de ZLTO en LLTB en Koninklijke Horeca Nederland regio Brabant.
Overzicht van verkooppunten
Via aspergesvandeteler.nl kan iedereen verkooppunten van asperges bij hem of haar in de buurt vinden. Dit kunnen restaurants zijn die zijn omgebouwd tot winkel waar je verse asperges kunt kopen. Maar er zijn ook verkooppunten die een volledig aspergemenu aan huis leveren; inclusief wijntje, gekookte eieren, aardappelen, ham en (boter-)saus. Asperges van de Teler is een platform dat de horecaondernemer koppelt aan liefhebbers die asperges willen bestellen. Zowel de betaling als de bezorging wordt verzorgd door het verkooppunt.
Inmiddels hebben meer dan 50 restaurants, eetcafés, cateraars en telers door het hele land zich aangemeld. De aangemelde telers komen vooralsnog voornamelijk uit het zuiden, erkent Gijs Moonen van aspergesvandeteler.nl. Maar telers en horeca uit het hele land kunnen zich aanmelden, benadrukt hij. Aanmelden kan door het formulier op de site in te vullen. „Iedereen is meer dan welkom. We hopen met deze site zo veel mogelijk restaurants en aspergetelers te helpen.”