Natuurmonumenten distantieert zich van polariserende uitspraken Meten=Weten

Prak is geschrokken van de polarisatie die is ontstaan na de publicatie van het rapport. „Natuurlijk hadden we commotie verwacht. Maar ik vind het vervelend dat er zoveel wordt geframed door met name de algemene media.” Zo gebruikte dagblad Trouw het woord boerengif. „En zijn er door vertegenwoordigers vanuit zowel de landbouw- als de natuurhoek (te) stevige termen gebruikt.” Ook Meten=Weten, het burgerinitiatief dat het onderzoek heeft uitgevoerd in opdracht van Natuurmomumenten, heeft aan stemmingmakerij gedaan. In zijn persverklaring sprak Meten=Weten over ‘cocktail aan pesticiden’ die zou zijn ontstaan door de sierteelt in Drenthe.

Natuurmonumenten heeft bewust geen stelling genomen in zijn reactie, benadrukt Prak. „Wij hebben er voor gewaakt om niet zo expliciet een schuldige aan te wijzen. Dat kunnen we niet, want we weten de oorzaak van de vervuilingen niet.” Hij weet dat een deel van de gevonden stoffen weldegelijk afkomstig is van gewasbeschermingsmiddelen die in de landbouw worden gebruikt. Maar ook burgers hebben een rol in de vondsten. „Deet wordt gebruikt door toeristen die zich insmeren om insectenbeten te voorkomen.”

Vervolgonderzoek

Natuurmonumenten noemt de besmetting van natuurgebieden ‘erg verontrustend’. Ook roepen de vondsten veel vragen op en vervolgonderzoek is dan ook nodig, stelt de stichting. Het onderzoek hiernaar moet echter niet de verantwoordelijkheid zijn van natuurorganisaties en betrokken burgers. Natuurmonumenten, Het Drentse Landschap en Meten=Weten vragen minister Schouten daarom met klem om hier diepgaand onderzoek naar te laten uitvoeren. Het bijzondere is, vindt Prak, dat ook LTO en partijen uit de gewasbeschermingsmiddelenbranche vragen om een dergelijk vervolgonderzoek. „Eigenlijk willen we dus allemaal hetzelfde.”

Overigens vecht Natuurmonumenten de genoemde percentages niet aan, maar vindt ze deze weinig relevant. „Van de meest effectieve insecticiden heb je juist de kleinst mogelijke hoeveelheden nodig”, zegt Prak. Er moet volgens Natuurmonumenten vooral gekeken worden naar de toxische werking van de gevonden stoffen.

Vervuilingen in Drentse natuurgebieden

Bij een onderzoek in vier Natura 2000 gebieden in Drenthe zijn 31 verschillende bestrijdingsmiddelen, biociden en afbraakproducten gevonden door het burgerinitiatief Meten=Weten. In het rapport en vooral in de verklaring van Meten=Weten wordt met een grote beschuldigende vinger gewezen naar de landbouw, als zijnde de grote bron van de vervuilingen. Maar dat is onterecht, zegt duurzaamheidsmanager Eric Kiers van BASF. „Ruim 63 procent van de gevonden stoffen is niet landbouw gerelateerd.” Stichting AgriFacts (STAF) stelt op basis van eigen onderzoek dat niet de landbouw, maar het verkeer en de industrie de grootste vervuilers zijn van Natura 2000 gebieden in Drenthe. „In zijn rapport heeft Natuurmonumenten emissies uit verbrandingsprocessen (verkeer, energie) aangezien voor bestrijdingsmiddelen.”