WUR: meer opbrengst bij mengteelt
Boeren passen wereldwijd al sinds mensenheugenis mengteelt toe in de landbouw. Maar tot nog toe werd aangenomen dat die systemen vooral voordelen hebben in extensieve landbouw, of in gebieden waar arbeid goedkoop is of kunstmest duur, zoals in delen van Afrika, Azië en Latijns-Amerika.
Onderzoekers van WUR laten echter, in samenwerking met collega’s van de China Agricultural University, zien dat mengteelt net zo goed en zelfs meer kan bijdragen aan de intensieve landbouw. Tegelijkertijd vermindert de methode het gebruik van kunstmest. Uit het onderzoek blijkt dat mengteelt in intensieve landbouw tot 29 procent meer gewasopbrengst realiseert ten opzichte van monoculturen onder dezelfde omstandigheden. Er blijkt ook 19 tot 36 procent minder kunstmest nodig per eenheid product.
Groeispurt
De grootste meeropbrengst wordt gemaakt met een combinatie van gewassen met een heel ander groeiseizoen, een methode die populair is in China. Op de percelen wisselen stroken van anderhalve meter met twee gewassen elkaar af. Tarwe, gerst en tuinboon groeien bijvoorbeeld snel in het voorjaar, en worden eerder geoogst dan mais. Daarna kan mais, dat later wordt gezaaid, in de loop van de zomer of nazomer een groeispurt inzetten.
Door deze verschillende groeiperiodes van gewassen worden de beschikbare hoeveelheden zonlicht, water en voedingsstoffen op een landbouwperceel door het jaar heen veel beter benut dan in monoculturen. Een bijkomend voordeel van mengteelt is – zo bleek al uit eerdere studies – dat gewassen minder behoefte hebben aan irrigatie of bestrijdingsmiddelen.
Natuurlijk moeten er nog verschillende hordes genomen worden, zegt Wopke van der Werf, universitair hoofddocent aan de Wageningen Universiteit, bijvoorbeeld „wat betreft de introductie van lichtere landbouwmachines, de acceptatie door boeren en de keuze van soorten-combinaties.”
Wereldbevolking voeden
Het onderzoek toont wel aan hoeveel potentieel mengteelt heeft, zeker nu de wereld op zoek is naar een duurzame manier om de opbrengsten van extensieve landbouw én intensieve landbouw te vergroten. „Als we een groeiende wereldbevolking op een duurzame manier willen voeden, mogen we deze kansen niet onbenut laten”, aldus Van der Werf.