Adviesraad: ‘Bodemvitaliteit onder druk en daarmee ook de inkomsten van boeren’
De Raad voor de leefomgeving en infrastructuur (Rli) is een onafhankelijk adviescollege voor de regering en het parlement. ‘Ondanks internationaal en nationaal beleid en richtlijnen die kaders geven voor een vitale bodem, is er sprake van verzuring, vermesting, verdroging, verdichting en verhoogde kwetsbaarheid van de bodems. Het Rli pleit daarom voor een stevigere aanpak op het gebied van bodembeleid’, schrijft het adviesorgaan.
Doordat bodems steeds minder vitaal worden door intensief gebruik, loopt ook de landbouw volgens de raad tegen problemen aan. Landbouwopbrengsten staan volgens verschillende onderzoekers onder druk en bodems houden te weinig water vast. Uit het rapport: ‘Omdat de ruimte in Nederland beperkt is moeten de bodems voor meerdere functies kunnen worden gebruikt: bijvoorbeeld voor landbouw en voor koolstofopslag in het kader van klimaatverandering of voor bos en wateropslag. Maar ook functies als landbouw en natuur kunnen samengaan. Dat kan echter alleen als de bodems vitaal zijn en als het bodemgebruik geen afbreuk doet aan die vitaliteit maar deze versterkt.’
Kwetsbaar
De intensieve landbouw wordt als een van de redenen voor een slechtere bodemkwaliteit genoemd. Er wordt een apart hoofdstuk besteed aan landbouw en niet aan andere sectoren die worden genoemd, zoals bosbouw. ‘Door intensieve landbouw komen de functies van de bodem in gevaar. De belangrijkste problemen voor de landbouwfunctie zijn verdichting en verhoging van de kwetsbaarheid en vatbaarheid voor weersextremen, plagen en ziekten en gevaarlijke stoffen. Dit heeft consequenties voor de hoeveelheid en kwaliteit van het voedsel dat in Nederland geproduceerd kan worden en daarmee voor de opbrengsten van de agrariër.’
Dat laatste wordt nog verder uitgediept. ‘Door de optimalisatie van agroketens, de groeiende export en de druk op consumentenprijzen staan de inkomsten van de boer onder druk. Alleen door kosten te verlagen en de productie te verhogen is de afgelopen jaren de marge nog net voldoende geweest. Dit betekent ook dat bijkomende kosten voor verduurzaming moeilijk te dragen zijn. Besluiten die goed zijn voor de landbouw, zijn vaak niet optimaal voor de andere functies. Wil men het belang van de andere functies meenemen, dan zal hierop via beleid moeten worden gestuurd. De vitaliteit van de bodem is ook van belang voor de landbouw.’
Provincies
Volgens de Rli hebben de provincies een belangrijke taak in het verbeteren van de bodemkwaliteit. ‘Het Rijk moet, uitgaande van dat laatste principe, bevorderen dat zo veel mogelijk wordt gestuurd op meervoudig bodemgebruik. Dit uitgangspunt moet worden vastgelegd in de Nationale Omgevingsvisie (NOVI). Uitwerking daarvan moet primair plaatsvinden door de provincies, door het maken van ruimtelijke keuzes en met behulp van gebiedsgerichte processen.’
De raad adviseert om een monitorings- en kennissysteem op te zetten vanuit de overheid over bodemvitaliteit. Daarin kan volgens Rli ook beloningsvormen in worden opgenomen. De onafhankelijke adviseurs benadrukken dat het probleem niet alleen bij de landbouw ligt, maar dat ook andere vormen van bodemgebruik, zoals bosbouw, de bodem uitputten. ‘Zorgen voor een vitalere bodem is een zaak van de hele maatschappij.’