Graanoogst kent dit jaar wisselende opbrengsten en lage vochtgehaltes
In het zuiden is de oogst al een heel eind gevorderd. De verwachting is dat eind deze week de oogst op een haar na gevild is: alleen de laat gezaaide zomergerst heeft nog een week nodig om af te rijpen, zegt Ko Francke van CZAV. In andere delen van het land is dat beeld anders: in het midden van het land is naar schatting van Aart den Bakker (Agrifirm) de helft van de tarwe van het land, terwijl in het noorden (Groningen en Friesland) nog zo’n 80 procent van de tarwe gedorst moet worden. Maar hij verwacht dat er deze week een flinke slag wordt gemaakt : „Alle combines draaien.” En ook in het noorden blijft de zomergerst qua oogstrijpheid achter. De zomergerst, maar ook de zomertarwe kon door de weersomstandigheden deels pas erg laat in het voorjaar worden gezaaid. Francke vreest dat door de hoge temperaturen van deze week er percelen gerst zullen zijn die te snel afrijpen.
De opbrengsten wisselen sterk, afhankelijk van grondsoort en zaaimoment. Op de klei halen telers 8,5 tot uitschieters van 10,5 ton per hectare, terwijl de telers op de droogtegevoelige zandgronden 6,5 tot 8 ton realiseren, is de inschatting van Den Bakker. Zijn collega Francke ziet een spreiding van 6 tot 12 ton in het zuidwesten. De vroeg gezaaide tarwe is dit jaar erg goed geslaagd, zegt hij. „Deze heeft op tijd regen gehad, het gewas was niet ziek en is goed bemest.” Daar tegenover staat tarwe die erg laat is gezaaid. „Het was toen erg nat, deze tarwe is eigenlijk nooit goed tot ontwikkeling gekomen.”
Vochtgehalte 'bizar laag'
Het vochtgehalte is bizar laag, zegt Francke. „We hadden dagen met gemiddeld 12 tot 13 procent. En de komende dagen zal dat zeker niet meer worden.” In het noorden schommelen de gehaltes rond 13 tot 15 procent. „De komende dagen zal alles onder de 15 procent zitten”, verwacht Bakker.
De hectolitergewichten pakken dankzij de gunstige omstandigheden ook goed uit. Francke: „Reform en dat soort rassen met goede bak- en maaleigenschappen zitten op hectolitergewichten van boven 80 kilo per hectoliter. Andere rassen zitten meer rond 70.” Voertarwe zit op 60 tot 70 kilo per hectoliter. Ook in het werkgebied van Agrifirm vallen de hectolitergewichten goed uit met een gemiddelde van 75 tot 76.
Duitsland en België
De Deutsche Bauernverband (DBV) koerst voor Duitsland op een graanopbrengst van cira 43 miljoen ton, dat is iets minder dan het meerjarig gemiddelde. „We verwachten een gemiddelde oogst met grote regionale verschillen”, zegt voorzitter Joachim Rukwied. „De regen in juni heeft voorkomen dat de opbrengsten van de wintertarwe zijn gekelderd. Voor de wintergerst kwam de regen echter te laat.”
De Vlaamse tarweoogst is zo goed als afgerond. Ook hier zijn de opbrengsten sterk wisselend per regio. De tarwe heeft nog kunnen profiteren van de regen in juni, in tegenstelling tot de gerst”, zegt Toon Kerkhofs, product manager zaden van Arvesta (AVEVE-groep) op de Belgische nieuwssite Vilt.
