Zoeken naar de juiste aanpak van loofdoding
„Groot voordeel van looftrekken is dat je vrij goed kunt inschatten wanneer een gewas dood moet, want je weet dat je direct de genadeklap geeft.” Nadat Van Dijk vijf jaar geleden voor het eerst een deel liet trekken, is dat elk jaar meer geworden. Dit jaar hoopt hij zelfs alle 26 ha NAK- en TBM-pootgoed op deze manier dood te maken. Het alternatief is voor Van Dijk een behandeling met Quickdown. Ervaring met spuiten in het volle loof heeft hij niet, maar in combinatie met klappen kent hij de werking al wel. „Het kan natuurlijk nodig zijn om eerst het blad eraf te spuiten. Dat is best een strijd hoor: want wanneer begin je? Het is lastig timen, want ‘quick’ is niet bepaald het middel.”
'Scherp trekken'
Ook na het trekken, spuit hij zijn pootaardappelen standaard na. Eerder deed hij dat met Reglone, nu wordt dat Quickdown. Volgens Van Dijk is naspuiten vrijwel altijd nodig, ook al kun je met looftrekken best een eind komen. „Je kunt met de afstelling, de rijsnelheid en het toerental de werking van de machine beïnvloeden. Stel je diep af en rijd je langzaam, dan kun je het meeste loof wel meepakken. Maar ik ben geen voorstander van ‘scherp trekken’, want dan trek je ook meer aardappelen mee. Als je toch moet naspuiten, dan laat ik liever een stengeltje meer staan. En naspuiten is bij zetmeelrassen nu eenmaal nodig.”
Lees het volledige artikel in het vakblad Akkerwijzer van augustus
Tekst: Agrio
Beeld: Ingrid Sweers