'Organische stof werkte hier positief op een mooie bouwvoor'
Het project Bodemverdichting Drenthe betrekt de telers om ze bewuster te maken van het effect van bodemverdichting, de maatregelen om dit te voorkomen en de manieren om dit te herstellen. Volgens projectleider Dirk Johan Feenstra van Projecten LTO Noord is bewustwording en het op gang brengen van het gesprek tussen boeren en loonwerkers voor de projectdeelnemers een belangrijke stap naar resultaat.
Profielkuilen
Met extra aanvoer van compost hef je bodemverdichting niet op. Bij de profielkuilen op het perceel van de familie Mulder en dat van de buren blijkt wel dat de stimulans die van meer organische stof uitgaat naar plantengroei en bodemleven positief is voor de grond. „We zien in dit perceel duidelijk meer wormen dan in het andere”, zegt Everhard van Essen van Aequator Groen & Ruimte. Van Essen laat in een profielkuil zien dat de wortels van de zetmeelaardappelen dieper in het profiel kunnen dringen. Bij een graangewas nam hij nog veel diepere wortelgroei waar. Uit een diepere bewortelbare zone haalt het gewas meer water en voeding. „Op verdichte percelen blijft de productie 10 tot 30 procent achter en is de kans op een misoogst veel groter”, aldus de bodemexpert.
De hoofdreden voor verdichting is volgens Van Essen berijden van de grond onder te natte omstandigheden. Het is verstandiger wat later met werkzaamheden op het land te starten, als in het voorjaar de grond nog te nat blijkt te zijn. Brede banden en lage druk blijken onvoldoende bij te dragen. „De machines zijn harder zwaarder geworden dan dat de banden breder werden.”
Akkerbouwer Johan Mulder voerde 15 jaar lang minimaal 30 ton compost uit natuurgras aan op zijn land. Vóór de droge jaren 2018-2020 was dat zelfs wel 50 ton per hectare per jaar. Het blijkt goed te zijn voor de grond. Dirk Johan Feenstra stelt dat voorkomen altijd beter is dan genezen. Hij zegt dat de eerste aandacht uit moet gaan naar 'met welke machines je wanneer het land op gaat'. „Het is wel mooi dat dit perceel na 15 jaar compost een veel betere waterdoorlatendheid heeft gekregen”, zegt de projectleider.
Steeds nadenken
Feenstra raadt telers aan steeds na te denken over wat het vochtgehalte in de grond is, welke banden ze kiezen en hoe de rijroutes zijn bij de oogst. Hij geeft als voorbeeld het rijen met een bijna volle kipper. Liever zou hij met een 80 procent volle kipper alvast gaan lossen, dan nog een deel van het perceel door te rijden en dan te keren om 100 procent vol terug te keren. Bij maïs is het dichtrijden van de grond in het najaar ook een veel voorkomend probleem. „Dan zou je kunnen kiezen voor een vroeger ras op gevoelige percelen om verdichting in een nat najaar te vermijden.”
Volgens Henk Bousema kunnen telers bij hun percelen op voorhand wat meer maatregelen nemen om verdichting te voorkomen. Als loonwerk- en grondverzetbedrijf maken de medewerkers van Bousema de ontwatering op orde en leggen percelen vlak. Bij het loonbedrijf weten ze wel dat het inzetten van diepploegen en egalisatiemachines alleen zin heeft als de omstandigheden op een perceel zo zijn dat het helpt, anders maakt deze bewerking meer kapot dan goed.
Bodemkundige van de agrarische opleidingen Van Hall Henk Stegink laat aan de hand van grondboringen op het andere perceel zien hoe verschillend de profielen binnen een paar meter kunnen zijn in Noord-Drenthe. Op dit perceel valt het op dat de bouwvoor op dit perceel dun is. De eigenaar heeft goed gekeken op het perceel van Mulder en wil daarom ook deze methode gaan toepassen. Het gaat dan wel wat jaren en geld kosten om het perceel op het niveau van dat van Mulder te krijgen. Toch is Everhard van Essen van Aequator positief over het tempo van opbouw van organische stof. Dat kan volgens hem soms wat sneller dan de tientallen jaren die daar wel voor genoemd worden. „Op maïsland hebben we wel gezien dat de organische stof met een procentpunt per jaar omhoog wilde.”