Variabel doseren bodemherbiciden: middelenbesparing van 13 procent
Bij variabel doseren van bodemherbiciden realiseerden deelnemers aan de NPPL een besparing van gemiddeld 13 procent aan middelen. Dit blijkt uit een evaluatie van deze precisietoepassing over de jaren 2018 en 2019. De bodemherbiciden werden gespoten in uien, aardappelen en lelies.
Problemen
Het variabel doseren van bodemherbiciden verloopt niet steeds van een leien dakje. Zo kostte het in 2018 vier NPPL-telers veel moeite om hun spuitmachines op basis van de taakkaarten aan de gang te krijgen. Deze problemen werden veroorzaakt door software of door miscommunicatie tussen partijen. Nadat deze aanloopproblemen verholpen waren konden de telers aan de gang met het variabel doseren van de bodemherbiciden. In 2019 ging het al vlotter. Ook bij drie nieuwe NPPL deelnemers gebruikers ging het in 2019 redelijk goed.
Twaalf verschillende toepassingen van bodemherbiciden werden uitgevoerd. Zo varieerden twee gebruikers de dosering rondom de standaarddosering. Dit om de effectiviteit van het middel te verhogen. Bij de andere gebruikers lag de focus op het besparen van middelen. Zij bespaarden gemiddeld 13 procent aan middelen ten opzichte van de standaarddosering die de telers eerder aanhielden. Ten opzichte van de waardes uit de Kwantitatieve Informatie (KWIN) 2018 is er 35 procent middel bespaard. Omgerekend betekent een besparing van 25,59 euro per hectare ten opzichte van de standaarden van de telers en 44,54 euro per hectare ten opzichte van de KWIN. Deze besparingen op de middelen zorgde niet voor een hogere onkruiddruk.
Hogere opbrengst
Terugblikkend zeggen meerdere telers dat na de toepassing van variabel doseren van bodemherbiciden sprake was van een iets hogere opbrengst en dat het gewas er beter bij stond. Deze waarneming kan echter niet onderbouwd worden met nauwkeurige opbrengstmetingen. Doordat de telers minder middelen gebruikten, realiseerden ze ook voor een verbetering van het water- en bodemleven.
Op basis van de ervaringen in deze twee jaar trekt de NPPL de conclusie dat de middelenopbrengst en de verwachte meeropbrengst opwegen tegen de kosten voor het maken van een bodemscan en een taakkaart. Het variabel doseren van bodemherbiciden is dit jaar voortgezet. De resultaten hiervan publiceert de NPPL binnenkort.
Tekst: Guus Queisen
Opgegroeid op een gemengd agrarisch bedrijf op een typisch Zuid-Limburgse carréboerderij. Na een financieel/economische opleiding en diverse functies sinds 1985 in deeltijd en sinds 1996 fulltime op freelance basis actief in de landbouwjournalistiek. Volg kritisch alle ontwikkelingen die (in-)direct aan de agrarische sector gerelateerd zijn. Bij Agrio werkzaam voor zowel de papieren als de digitale uitgaven van: Stal en Akker, Pigbusiness, Melkvee en Akkerwijzer.
Beeld: Guus Queisen
Bron: Nationale Proeftuin Precisielandbouw NPPL