Dacomex: Groei export uien maakt uitbreiding areaal noodzakelijk

De uienexport loopt als een trein. „Het is gigantisch wat er nu weggaat, 45.000 ton per week is enorm. We zitten op een exportrecord, dat hadden we vorig jaar ook rond deze tijd.” Een paar jaar geleden leek de verwerkingscapaciteit met 35.000 ton per week op zijn max te zitten. „Die hebben we gelukkig kunnen opschalen.” Zeker de laatste twee jaar is er een sterke vraag naar Nederlandse uien vanuit Azië. Belangrijkste afzetmarkten zijn West-Afrika, het Verenigd Koninkrijk en Zuidoost-Azië. Het wordt volgens hem wel spannend hoe het verder gaat met de export naar het Verenigd Koninkrijk na de Brexit. „Kunnen we zoveel blijven leveren of gaan de Britten zelf meer uien telen?”
Innovatie en kwaliteit
De export neemt de laatste jaren toe met 3 tot 5 procent per jaar. Dat is volgens Van Damme te danken aan innovatie in de teelt en keten, het leveren van kwaliteit en uitbreiding van de verwerkingscapaciteit. Ook is de handel goed in het inspringen op tekorten in de wereld. „Nederland is kampioen gatenvuller, we kunnen altijd leveren.” Daarnaast speelt de groei van de wereldbevolking een grote rol bij de voortdurende exportgroei van Nederlandse uien.
Een bedreiging voor de groei van het areaal vormt de toenemende claim op landbouwgrond voor andere doeleinden. Ook ziet hij dat andere landen kansen zien in de uienteelt. „Marokko timmert de laatste jaren flink aan de weg en levert in West-Afrika uien af. We moeten oppassen dat wij niet te duur worden, andere landen nemen het zo van je over.”
Verschil klei en zand
Van Damme constateert een toenemend verschil tussen de uien van de traditionele teeltgebieden in Zeeland en Flevoland ten opzichte van nieuwere teeltgebieden in het noorden, zowel op klei als op zand en veen. „Op de traditionele gronden neemt de opbrengst en de kwaliteit wat af, hier is omdat er al jaren uien worden geteeld een hogere ziektedruk. Er is meer kans om bacterie of fusarium te vinden in een partij.” Uitbreiding van het areaal uien ziet hij dan ook met name in de noordelijke provincies. Niet alleen vanwege de kwaliteit maar ook omdat hier nog ruimte is voor groei.