NEPG: Bewaring en kiemremming te duur voor vrije aardappelen

In de vijf landen die zijn aangesloten bij de NEPG (Nederland, Duitsland, België, Frankrijk en Engeland) maken telers zich zorgen over de aardappelen in de bewaring. CIPC is niet meer toegestaan, de alternatieven werken minder goed of zijn niet voldoende beschikbaar. In alle NEPG-landen zijn meldingen van kiemende aardappelen in de bewaring. Veel vrije fritesaardappelen zijn al afgezet richting export, veevoer, zetmeelindustrie of biogas, aldus NEPG.

De telersorganisatie maakt zich zorgen over de huidige aardappelmarkt. In de komende weken voorziet NEPG ook nog geen grote veranderingen in de vraag naar aardappelen. Door de coronacrisis zijn de prijzen extreem laag. Een verdere areaalkrimp is dan ook nodig, stelt de organisatie. In oktober riep de NEPG Noordwest-Europese telers nog op tot een krimp van 15 procent in teeltseizoen 2021, nu stelt de organisatie dit bij naar 15 tot 20 procent.

Grotere thuisconsumptie van verse aardappelen

Het enige lichtpuntje in deze tijden is dat in alle NEPG-landen een toename zichtbaar is van de thuisconsumptie van verse aardappelen. Gemiddeld over de vijf landen is een groei gemeten van 11 procent. Ook de export loopt goed door. Opvallend is de toenemende vraag vanuit Afrika. Nederland zette flink meer af in Afrika: 58.200 ton, met als belangrijkste klant Senegal.

De NEPG volgt de ontwikkelingen rond de Brexit. Wat de effecten hiervan zullen zijn voor de aardappelmarkt kan de organisatie nog niet inschatten.