Zeeuwse akkerbouwer trekt ten strijde tegen verplichte nutteloze drempeltjes tussen aardappelruggen
Vanaf dit jaar moeten akkerbouwers afspoelingsbeperkende maatregelen nemen bij ruggenteelten op klei- of lösspercelen grenzend aan een watergang. LNV-minister Carola Schouten voert deze maatregel in om zo de afspoeling van nutriënten en gewasbeschermingsmiddelen naar het oppervlaktewater tegen te gaan. Door deze maatregel moet de kwaliteit van het oppervlaktewater verbeteren. Een totaal onzinnige en niet op de praktijk toegespitste maatregel, stelt Martijn van de Bijl. In maatschap met zijn vader bestiert hij op Schouwen Duiveland een akkerbouwbedrijf. Via onder meer Twitter en Facebook roept hij collega’s op in verzet te komen tegen deze, in zijn ogen, onzinnige maatregel. De Tweede Kamer behandelt deze maatregel in week 2.
Water zakt de grond in
„Door de voorgestelde wetswijziging worden boeren verplicht om maatregelen te nemen om afspoeling van regenwater te voorkomen in ruggenteelt. Op vlakke percelen met aardappelen, stroomt bij regen het regenwater niet via de bovenkant de sloot in (afspoeling), maar zakt het water direct de grond in (infiltratie) en wordt via ondergrondse drainage afgevoerd naar de sloot. Dus deze maatregel is zinloos”, aldus Martijn van de Bijl.
Het treffen van maatregelen, zoals bijvoorbeeld het aanbrengen van drempeltjes tussen de bedden zadelt de akkerbouwer weer met extra kosten op, zoals investering in een nieuwe machine, waarschuwt Van de Bijl. Verder zegt hij te vrezen dat als effect op deze zinloze maatregel de overheid met wederom nieuwe maatregelen zal komen, omdat de waterkwaliteit door deze maatregel immers niet verbetert.
Vraagtekens
Van de Bijl plaatst grote vraagtekens bij het rapport waar minister Schouten naar verwijst. Dit rapport stelt dat door het aanbrengen van drempels in ruggenteelt, zoals aardappelen, de waterkwaliteit sterk verbetert, omdat het regenwater niet meer afspoelt. Van de Bijl: „Dit rapport gaat over de drempeltjes op de Zuid-Limburgse heuvels. Daar worden ze ingezet om te voorkomen dat regenwater snel af stroomt en ter voorkoming van erosie. In het rapport zelf staat te lezen dat het effect van afspoeling bij ruggenteelt op vlakke percelen niet is onderzocht.
Om zijn visie te onderbouwen wijst Van de Bijl ook op zijn werkwijze. „Als boer dien ik 70 procent van de totale (kunst-)mest toe net voor het poten van de aardappelen. Na het poten zit de (kunst-)mest verwerkt in de rug. Afspoeling is dan niet mogelijk. Oplossing van de kunstmest in het regenwater is ook niet mogelijk, omdat deze al in de rug zit. Afhankelijk van de groei voer ik daarna nog twee keer een bijbemesting uit van 15 procent. De wortels nemen deze meststoffen bij regen op. Conclusie: Deze wetswijziging om afspoeling te voorkomen op vlakke percelen met ruggenteelt ter verbetering van de waterkwaliteit is zinloos.” Van de Bijl roept de politiek op deze maatregel in te trekken. „Er is geen wetenschappelijk onderbouwd afspoelingsprobleem in de ruggenteelt op vlakke percelen. De Tweede Kamer is niet volledig geïnformeerd.”
Steun
LTO-vakgroep Akkerbouw voorzitter Jaap van Wenum zegt de actie van Van der Bijl te steunen. In een tweet stelt Van Wenum dat hij aangenaam verrast is over de vrijstelling die de biologische sector heeft gekregen voor het aanleggen van de drempels in verband met de aandacht die deze sector heeft voor de bodemkwaliteit. „Maar wie kan mij uitleggen waarom een gangbare teler die op dezelfde wijze met de bodem om gaat de drempeltjes wel moet aan leggen?” Van Wenum vreest verder dat het draagvlak voor dit beleid op de kleigronden nihil is.