Schadelijke aaltjes zorgen tijdens de start van de groei voor problemen in uien
De teelt van uien op zandgronden brengt een uitdaging met zich mee, waar op kleigronden minder last van wordt ondervonden. Een hogere druk van verschillende type aaltjes, zoals wortelknobbelaaltjes, wortellesieaaltjes en vrijlevende aaltjes, op zand- en zwavelgronden zorgt ervoor dat aantasting eerder voor schade zorgt. Dit betekend overigens niet dat we op kleigronden geen schade tegenkomen. Ook daar komen we het schadebeeld geregeld tegen.
Wortelknobbelaaltjes
In de uienteelt kan onder andere het Noordelijk wortelknobbelaaltje (Meloidogyne hapla) en het graswortelknobbelaaltje (Meloidogyne naasi) voor groei problemen in het uienperceel zorgen. De aaltjes tasten de wortel van de ui aan. De aantasting uit zich in het ontstaan van knobbeltjes op de wortel van de plant. Dit kost de plant veel energie, waardoor de weerbaarheid afneemt. Daarnaast kan de ui minder goed voedingstoffen en vocht uit de bodem opnemen.
Valplekken in het perceel duiden op nematoden
Wortellesieaaltjes
Wortellesieaaltjes, zoals Pratylenchus penetrans, maken gaatjes in de wortels. De aaltjes zuigen cellen van de wortel leeg, die sterven af en verkleuren langzaam totdat ze uiteindelijk donkerbruin kleuren. De aantasting aan de wortels zorgt er ook voor dat haarwortels zich niet goed ontwikkelen. Hierdoor kan de plant moeilijk voedingstoffen opnemen, dwerggroei is dan ook een zichtbaar kenmerk. Een tweede bijkomstigheid is dat de gaatjes die het aaltje maakt als invalspoorten voor bodemziektes, zoals onder andere fusarium, dienen.
Vrijlevende aaltjes
Ook vrijlevende aaltjes, zoals Trichodorus spp., kunnen voor veel schade in het uienperceel zorgen. De aaltjes zuigen cellen aan het uiteinde van de wortels leeg. In de begin fase van de groei kan dit ervoor zorgen dat een groot deel van de ontkiemde planten wegvalt. Daarnaast kan een ernstige aantasting er in een later groeistadium voor zorgen dat de wortels stoppen met groeien. Om toch te kunnen overleven maakt de ui nieuwe wortels aan, hierdoor kan een bossig wortelgestel ontstaan.
Bij aantasting van de verschillende soorten aaltjes wordt het voor de uienplant moeilijker om voedingstoffen en vocht uit de bodem op te nemen. Dit uit zich in vlekken in het perceel waar de uien nauwelijks of niet willen groeien, ook wel valplekken genoemd. Vaak wordt deze plekken ook wel eens verward met schade door overlast van water.
Begin met een goede start
Een vlotte weggroei van een perceel uien kan cruciaal zijn voor een kwalitatief goede oogst. Aantasting door aaltjes in de beginfase van de groei zorgt juist voor een trage weggroei of uiteindelijk zelfs tot wegval van planten. Door onder andere biostimulanten en startmeststoffen vanaf het zaaimoment toe te passen kan een vlotte weggroei gerealiseerd worden.
Geïntegreerde toepassing met Nemater & Stimuter
Door Nemater en Stimuter gezamenlijk toe te passen, worden uienplanten voorbereid op de uitdagende groeiomstandigheden die kunnen ontstaan door stressfactoren. Nemater legt de basis door de bodemkwaliteit te verbeteren en een gezonde groeiomgeving te creëren, terwijl Stimuter de planten versterkt en beschermt tegen abiotische stressfactoren. Deze geïntegreerde benadering zorgt voor een evenwichtige groei en ontwikkeling van de uien gedurende het hele groeiseizoen.
Tekst: Job Simmes