Winterse neerslag levert plaatselijk 20 mm water op
De neerslagmeting is door de winterse neerslag minder accuraat dan normaal. Felle wind speelt een rol, en in niet verwarmde neerslagmeters blijft de winterse neerslag deels in de meter hangen. Het KNMI maakt gebruik van verwarmde regenmeters. Tot nu toe is er volgens de KNMI-waarnemers plaatselijk meer dan 10 mm regen gevallen sinds 1 april, onder meer op Texel en de Noord-Veluwe. Meteo Limburg meldde vanochtend (dinsdag 6 april) een sneeuwhoogte van 5 centimeter in het Zuid-Limburgse dorp Vijlen.
Maar er zijn mogelijk ook nog steeds plaatsen waar de neerslagteller sinds 1 april nog op nul staat. Tot vanochtend 8.00 uur was dat het geval in in delen van de Haarlemmermeerpolder op de Zuid-Hollandse eilanden.Klik hier om de neerslagkaart van het KNMI te bekijken. Net zo bont als het lappendekenpatroon van de buien is het neerslagbeeld dat ze achterlaten. Een verschil van 5-10 mm op korte afstand is eerder regel dan uitzondering.
In het Zeeuwse Noord-Beveland moest Hanko Blok vanochtend onder de sneeuw op zoek naar ontkiemde gewassen
Jacob Geluk uit het Friese Kubaard heeft noodgedwongen de schuur weer opgezocht
Op de Brabantse zandgrond in Soerendonk kon Twan van der Heijden nog lang doorploegen
De buiige neerslag wordt komende nacht waarschijnlijk met name in Oost-Nederland gevolgd door langduriger sneeuwval, waarbij een laagje van 5 centimeter kan ontstaan, net als vanochtend in Zuid-Limburg op ruim 200 meter hoogte. Morgenochtend gaat de winterse neerslag waarschijnlijk over in regen. Langs de Waddenkust zijn vanavond en vannacht zware windstoten mogelijk en in het hele land geldt vanwege de wind in combinatie met mogelijk zware sneeuwval code geel.
Na morgen knapt het weer enigszins op, maar er is geen sprake van een snelle terugkeer van warm voorjaarsweer. Integendeel, komend weekend kan er opnieuw neerslag van betekenis vallen en zakt de maximumtemperatuur weer onder de 10 ⁰ C.
Vanaf begin volgende week schat het KNMI de kansen op droog weer met langzaam oplopende temperaturen naar normale waarden van het jaar op 70 procent.
Het uitzonderlijke felle winterse buien weertype verleidt LTO Noord voorzitter Dirk Bruins tot een filosofische uitspraak:
