NMI: gewasonderzoek voor bijbemesting vervangt bodemanalyse niet
Ze kunnen worden gebruikt in aanvulling op grondonderzoek. Grondonderzoek blijft de basis voor bemestingsadvisering. Dit is een van de resultaten die het NMI en de WUR hebben gepubliceerd na literatuuronderzoek in opdracht van BO Akkerbouw.
Indicatieve diagnose
In de beslisschema’s voor (bij)bemesting met calcium, magnesium, borium en mangaan is aangegeven hoe gewasonderzoek naast grondonderzoek kan worden ingezet als basis voor bemestingsadviezen. De kritische nutriënten gehalten zijn opgenomen in een tabel van het handboek bodem en bemesting.
Het betreft kritische gehalten in de drogestof van de jongst volgroeide bladeren, die het meest geschikt zijn voor een indicatieve diagnose van achterblijvende gewasgroei. Maar het is lastig gebleken om een eenvoudig schema op te stellen met kritische nutriënten gehalten per gewas waarop bemestingsadviezen kunnen worden gebaseerd.
Validering plantsap analyse
Ook is de informatie die gevonden is in de literatuur niet per definitie van toepassing in Nederland. Het betreft afgeleide waarden die niet vaak gebaseerd zijn op plantsap analyse maar meestal op drogestof. Daarom kunnen het NMI en de WUR de methoden die gebaseerd zijn op plantsap analyse niet valideren in wetenschappelijk onderzoek.