Verdienvermogen essentieel voor realisatie Toekomstvisie gewasbescherming 2030

Eén van de manieren om bij te dragen aan het behalen van de doelen uit de Toekomstvisie gewasbescherming 2030, vormt de strokenteelt. Dat stelt Dirk van Apeldoorn, docent‐onderzoeker Farming Systems Ecology (WUR). Hij onderstreept dat in een dergelijk weerbaarder teeltsysteem meer natuurlijke vijanden te vinden zijn die ziekten en plagen in de gewassen kunnen controleren. „Een belangrijke hobbel, die hopelijk in de komende jaren genomen kan worden, zijn de investeringen die boeren doen voor landbouwmachines. Verder moet er vooral ook geïnvesteerd worden in kennis en kunde, vertrouwen in de ‘groene vingers’ van de telers”, aldus Dirk van Apeldoorn.
Geen emissies in 2030
Voor het eerst in decennia schreef een NGO (Natuur & Milieu) als stakeholder mee aan de Toekomstvisie gewasbescherming. „Onze inzet is dat er in 2030 vrijwel geen emissies meer voorkomen”, zei Rob van Tilburg, directeur Programma’s bij Natuur en Milieu (N&M). „Om dit te bereiken moet het voor een teler financieel aantrekkelijker worden om over te schakelen naar een middelen‐arme teelt. Om dit in de praktijk te realiseren, zal een stevige beprijzing van producten naar milieuschade noodzakelijk zijn. In zijn presentatie wees Rob van Tilburg naar de landbouwvisie van N&M. „Richting 2030 willen we komen tot een weerbaar plant- en teeltsysteem, een land‐ en tuinbouw en natuur die met elkaar verbonden zijn en nagenoeg geen emissies naar het milieu en nagenoeg zonder residuen op producten. Verder moet het voor de teler aantrekkelijk / makkelijk zijn om over te schakelen naar een middelen‐arme teelt. Dit door een beprijzingssysteem in te voeren op basis van de milieuschade van een bepaald product, onafhankelijke adviseurs, betere toelatingscondities voor biologische bestrijdingsmiddelen. Voor risico’s die het normale bedrijfsrisico te boven gaan, dient een vangnet te komen. Beleidsmatig dienen er duidelijke tussendoelen te worden opgesteld. Verder dient de biologische sector een duidelijke stem te krijgen. Ook dient een milieu‐indicator gewasbescherming voor monitoring en commerciële doorwerking te komen.”
Peiling
Uit een peiling onder de 110 deelnemers van het webinar bleek dat 58 procent van hen beprijzen naar mate van milieuschade gewenst vindt. Een grote meerderheid (88 procent) vindt publieksvoorlichting over resultaten van onderzoek naar en praktijkinvoering van duurzame gewasbeschermingsmethoden belangrijk. Op de vraag wie die rol op zich zou moeten nemen, worden onder meer de overheid, supermarkten en brancheorganisaties genoemd.
Verdienvermogen ontbreekt
„De tijd van goedkope oplossingen is voorbij”, concludeert landbouweconoom Jan Buurma. Des te opvallender is het dat in het Uitvoeringsprogramma het onderwerp ‘verdienvermogen’ compleet ontbreekt. Volgens Buurma is een eerlijke beloning door ketenpartijen cruciaal voor het verdienvermogen van de boerenondernemers. Hij verwacht dat consumenten alleen vanwege ‘duurzaamheid’ een product niet zullen kopen, aspecten als smaak en gemak zijn belangrijker. Hij komt dan ook tot de slotsom dat de handelsketen van boer‐tot‐bord vanaf nu bij de transitie moet worden betrokken.
Verdienvermogen essentieel
Volgens Jan Buurma van de KNPV is de tijd van goedkope oplossingen voorbij. Er moet wel sprake zijn van een verdienvermogen. Voor de realisatie van een verdienvermogen zijn alle ketenpartijen cruciaal. Volgens Buurma kan de weerbaarheid worden uitgebaat met culinaire innovaties en door de toelating/stimulering van groene gewasbeschermingsmiddelen. Verder dient boeren een vergoeding in het vooruitzicht worden gesteld voor gerealiseerde duurzaamheidsprestaties en dient er een garantiefonds te komen voor duurzaamheidspilots.
Oudste plantenziektekundige vereniging
De KNPV bestaat 130 jaar en is de oudste plantenziektekundige vereniging ter wereld. De KNPV verenigt een diverse groep personen die werken of studie verrichten binnen dit veelzijdige vakgebied of daarin belangstellend zijn. Zij heeft ruim 600 leden en bevordert samenwerking en uitwisseling van kennis binnen de vereniging én er buiten. Binnen de KNPV is dan ook veel kennis en ervaring voorhanden over ziekten en plagen van planten en het voorkomen en bestrijden ervan.

Tekst: Guus Queisen
Opgegroeid op een gemengd agrarisch bedrijf op een typisch Zuid-Limburgse carréboerderij. Na een financieel/economische opleiding en diverse functies sinds 1985 in deeltijd en sinds 1996 fulltime op freelance basis actief in de landbouwjournalistiek. Volg kritisch alle ontwikkelingen die (in-)direct aan de agrarische sector gerelateerd zijn. Bij Agrio werkzaam voor zowel de papieren als de digitale uitgaven van: Stal en Akker, Pigbusiness, Melkvee en Akkerwijzer.
Beeld: Guus Queisen
Bron: Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging