Politiek wil in dossier glyfosaat ook vasthouden aan wetenschappelijke route
Glyfosaat veroorzaakt geen mutaties in geslachtscellen, is niet schadelijk voor de voortplanting, is niet kankerverwekkend en is niet toxisch, stellen Frankrijk, Hongarije, Zweden en Nederland (de landen die samen de AGG vormen) in hun wetenschappelijke oordeel. Wel zijn er nog een paar vragen op het gebied van milieu, met name wat betreft het waterleven. De toelatingshouders krijgen de komende tijd de gelegenheid om deze te beantwoorden.
„Dit rapport is een eerste optimistische stap voor de akkerbouwers die glyfosaat gebruiken om hun boterham te kunnen verdienen”, zegt Thom van Campen (VVD). Hij benadrukt dat zijn partij gezondheid en voedselveiligheid zeer hoog heeft staan. „Het is fijn om te lezen dat de conclusies van AGG op dat vlak positief zijn.” Ook zijn collega Derk Boswijk (CDA) ziet het rapport als een opsteker voor de landbouw. „Zij zijn voor het gebruik van glyfosaat voor van alles uitgemaakt.”
'Geen speelbal worden'
Zeker omdat glyfosaat een gevoelig dossier is, vindt Van Campen het belangrijk om de wetenschappelijke weg te volgen. „Het mag geen speelbal worden van de politiek. Een gele akker ziet er misschien niet zo fraai uit, maar laten we de discussie over deze stof voeren op feiten en wetenschappelijke basis en niet op emoties.” De BoerBurgerBeweging (BBB) sluit zich hier bij aan. „Er wordt al te veel beleid gemaakt op basis van aannames en modellen, kijk maar naar het hele stikstofdossier. Dat moeten we niet willen”, stelt Caroline van der Plas. Ook VVD-Europarlementariër Jan Huitema zegt het belangrijk te vinden om de wetenschappelijke conclusies uit het rapport te volgen. „Ik hecht veel waarde aan de conclusies uit het EU-rapport.” Vasthouden aan de feiten, zegt ook Boswijk. „De overheid moet daar consequent in zijn.”
EFSA (Europese voedselautoriteit) en ECHA (Europees agentschap voor chemische stoffen) zijn nu aan zet. Als EFSA en ECHA straks ‘ja’ zeggen tegen een verlenging van glyfosaat? Van Campen: „Dan vind ik dat wij als politiek ons daar aan hebben te houden. Ik zie dan geen reden om daar een stokje voor te steken.” EFSA en ECHA zijn juist opgericht zodat dit soort discussies op wetenschappelijke basis gevoerd kan worden, zegt Huitema. „Op basis van onderbuikgevoelens kunnen we geen beslissingen nemen. En zeker bij het dossier glyfosaat zijn de onderbuikgevoelens groot.”
'Stoppen met hetze tegen glyfosaat'
Het is heel goed dat de eventuele effecten van middelen regelmatig worden onderzocht, zeker als er maatschappelijke onrust over is, meent Van der Plas. „De burger heeft er recht op om te weten welke effecten bepaalde middelen hebben op gezondheid, leefomgeving en milieu. Wij hopen dat NGO’s stoppen met de hetze tegen glyfosaat en in het bijzonder tegen de boeren die glyfosaat gebruiken.”
Ook Van Boswijk is zich er van bewust dat er op het gebied van gewasbescherming, maar zeker bij glyfosaat, veel gepolariseerd wordt. „Een normaal gesprek is bijna niet meer mogelijk over dit onderwerp. En dat vind ik jammer.”
Laura Bromet (GroenLinks) en Tjeerd de Groot (D66) geven aan niet inhoudelijk te kunnen reageren op de conclusies, omdat ze het rapport nog niet hebben gelezen.