Vier strategieën natuurlijke plaagbestrijding in uien en aardappelen
Bij 15 Noord-Hollandse akkerbouwbedrijven (9 met zaaiuien en 6 met consumptieaardappelen) trekken onderzoekers van Wageningen UR dit jaar het veld in om nieuwe trips- en insectentellingen uit te voeren. Op basis van eerder opgedane ervaringen concluderen onderzoekers en akkerbouwers dat het bevorderen van natuurlijke vijanden niet de enige manier is om trips op een natuurlijke manier te controleren. Ze gaan nu vier verschillende strategieën in de praktijk testen. Deze vier zijn: het verminderen van invliegen van trips in juni, het verminderen van de voortplanting van trips, een verhoogde predatie door natuurlijke vijanden en het beregenen van percelen.
Verminderen invliegen
Het verminderen van invliegen van trips in juni kan mogelijk worden bereikt door bloemenstroken aantrekkelijker te maken voor trips. Hiertoe hebben telers randen en spuitsporen ingezaaid met verschillende soorten bloemen. Dit jaar wordt gekeken of zich meer of minder trips bevinden naast de bloemen dan in het veld.
Een gewas met veel suiker bevordert een snellere groei van de tripspopulatie, maar te veel suiker is juist nadelig voor trips. Om deze relatie beter te begrijpen, wordt dit jaar naast tellingen van trips op de plant ook wekelijks het suikergehalte bepaald door middel van een refractometer.
Verhoogde predatie natuurlijke vijanden
Het is nog onduidelijk welke natuurlijke vijanden die zich op de akker bevinden, bijdragen aan tripsbeheersing. Om hier beter grip op te krijgen worden in het veld en de akkerrand waarnemingen gedaan wat betreft de voorkomende soorten. Daarnaast worden tripslarven verzameld en uitgeweekt om te zien of deze zijn geparasiteerd door sluipwespen.
Regen of beregenen doet de tripspopulatie aanzienlijk afnemen. Om de impact hiervan te meten wordt op alle percelen de hoeveelheid neerslag gemeten. Zo hopen de onderzoekers handvatten te vinden om trips in de toekomst op een natuurlijke manier de baas te kunnen.
In de maand augustus worden drie van de deelnemende aardappeldemobedrijven workshops gegeven over natuurlijke plaagbestrijding. Dan worden ook de resultaten gepresenteerd van het onderzoek naar natuurlijke bestrijding in aardappelen en gaan de deelnemers het veld in om te oefenen met luis- en predatorherkenning. Verder krijgen de deelnemers informatie over hoe ze kunnen signaleren wanneer het nodig is om in te grijpen. De workshops worden gehouden op donderdagavond 19 augustus in Hoofddorp, donderdagmiddag 31 augustus in Slootdorp en donderdagavond 31 augustus in Zuid-Oost Beemster. Aanmelding is vanaf begin augustus mogelijk via de website van LTO-Noord (www.ltonoord.nl)
Het project FAB+
Het project Functionele agrobiodiversiteit (FAB+) is een samenwerking van verschillende partijen (WUR, LTO, NFO, KAVB, IRS, Suiker Unie, Mans Weert, Boltha, BO Akkerbouw en The Greenery Het doel van dit project is om samen met telers en onderzoekers in Noord-Holland natuurlijke alternatieven te vinden voor gewasbeschermingsmiddelen. LTO Noord is hierin de trekker van de pilot akkerbouwgewassen, waarin wordt ingezet op het delen van bestaande kennis en verzamelen van nieuwe kennis door experimenten in aardappelen en uien. Het overkoepelend doel van de verschillende pilots is om een gebruiksvriendelijke tool te ontwikkelen voor boeren en tuinders voor de inzet van natuurlijke plaagbestrijders.