Groenbemesters, wezenlijk onderdeel van bouwplan
Vogelaar verhuurt jaarlijks zo’n 10 hectare van zijn grond aan een bloembollenteler uit de buurt. Dat land komt begin juli al vrij. Het mengsel, dat onder andere bestaat uit vlinderbloemigen, vlas, niger, Ethiopische mosterd en sorghum, zorgt voor veel wortelgroei en een flinke hoeveelheid biomassa. Vogelaar: “We gebruiken het nu zo lang het op de markt is. Het voordeel van dit mengsel is dat het pas laat in het zaad schiet. Voorheen gebruikten we andere mengsels, maar die moet je tijdig klepelen, anders heb je het jaar daarna veel opslag. Dit mengsel kun je het hele seizoen laten staan. Daardoor blijft de bodem zolang mogelijk bedekt en krijgen de wortels de kans om veel biomassa te produceren. Hierdoor heb je optimaal resultaat.”
Bodem in topconditie
Vogelaar is overtuigd van het belang van de inzet van groenbemesters. “Er zijn akkerbouwers die het alleen voor de vergroeningspremie doen. Maar je moet een groenbemester beschouwen als een teelt, als een wezenlijk onderdeel van je bouwplan.” Kleijwegt: “Dat betekent dus dat je voor een goed zaaibed zorgt, de nodige bemesting en beregening inzet en de groenbemester zorgvuldig onderwerkt.”
Vogelaar: “We hebben hier met vooral zavel te maken. Bij zware buien, en daar hebben we natuurlijk steeds vaker last van, slaat die grond heel snel dicht. En dan ben je alle zuurstof in de bodem kwijt. Het is dus heel belangrijk om zoveel mogelijk organische stof in de bodem te houden. Hoe meer organische stof, hoe te flexibeler je grond is. Aan die buien kun je niets doen. Maar je kunt je er wel op voorbereiden door de bodem in topconditie te houden. Dat maakt uiteindelijk het verschil.”
Zijn vader gebruikte vroeger bladrammenas en gras als groenbemesters. Meer was er niet. Tegenwoordig komen er steeds meer mengsels op de markt. “Het grote voordeel van die mengsels is de diversiteit in wortels. En het feit dat als één van de gewassen het wat minder doet, de anderen het overnemen. Op dit moment hebben we te maken met flink wat wortelonkruid. Daarom zaaien we dit jaar gras als groenbemester. Hierin kunnen we het onkruid gericht aanpakken, zodat we volgend jaar op een schoon perceel weer warm season kunnen zaaien. De meerwaarde van dat mengsel is voor ons overduidelijk”
Kleijwegt: “Het belangrijkste van groenbemesters is wat er onder de grond gebeurt. Natuurlijk heb je opslag van nutriënten in de bladmassa, maar de wortelresten vormen de meeste effectieve organische stof. Die zijn ook belangrijk voor de opbouw van organische stof dieper in de bodem.”
Vogelaar: “Bij het ploegen zie je overal wortelresten. En dat zorgt voor meer zuurstof en een beter bodemleven. Het ploegt ook makkelijker. De grond rolt zo uit elkaar. We ploegen nu minder diep dan we eerst deden. Zo verdelen we de hoeveelheid organische stof in een dunnere laag, waardoor we er nog meer profijt van hebben.”
Fosfaatruimte
Volgens Kleijwegt is Vogelaar heel serieus met zijn bodem bezig. “Je moet wel, anders ga je het in de toekomst niet redden. Ze verhakselen hun stro, brengen vaste stalmest en champost op en zetten groenbemesters in. Waar je als eerste tegenaan loopt is fosfaat. De ruimte die je daarin hebt moet je dus zo optimaal mogelijk benutten. En dat doen ze hier door gebruik te maken van Powerstart Granada. Dat dienen ze toe in de rij waardoor er ruimte ontstaat voor het gebruik van organische mest.”
Organische stof is een cruciaal element voor een goed functionerende bodem en daarmee voor een goede gewasgroei. Wilt u ook aan de slag met het optimaliseren van het organische stofgehalte van uw bodem? Vraag dan hier de organische stofhandleiding aan.
Tekst: Van Iperen
Beeld: Van Iperen