'De kosten naderen de 10.000 euro per hectare'
NAV: Contractprijzen voor consumptieaardappelen moeten 5 cent/kg omhoog
Bij posten als bemesting, energie, machines en gebouwen heeft de akkerbouw met forse kostenstijgingen te maken, maar ook vele andere kosten nemen substantieel toe, heeft de NAV berekend. Om een zo realistisch mogelijk beeld te schetsen, zijn de aanpassingen aan de voorzichtige kant gehouden, geeft de vakbond aan: Er is geen rekening gehouden met eventuele maatregelen die uit het 7e Actieprogramma Nitraat of het nieuwe GLB voort kunnen komen, zoals bufferstroken van 2 of 5 meter langs watergangen.
Het overgrote deel van de kosten komt ten opzichte van 2021 hoger tot veel hoger uit. Deze stijging wordt vooral veroorzaakt door de sterk gestegen prijzen voor energie en grondstoffen, die doorwerken in de kosten voor bemesting, gewasbescherming en kiemremming, elektriciteit en brandstof en kosten voor machines en gebouwen.
Beregenen als structurele teeltmaatregel
Ook de kosten voor beregenen zijn vanwege de sterk gestegen kosten voor machines en brandstof gestegen naar € 270 per hectare per keer bij een gift van 25 mm. Door de veranderende klimaatomstandigheden ziet de NAV een aantal malen beregenen bijna als een structurele teeltmaatregel. Bij twee keer beregenen stijgt de kostprijs al met meer dan 1 cent.
Dit leidt voor oogst 2022 op het voorbeeldbedrijf (uit de kostprijsberekening) bij levering af land tot een kale kostprijs voor zandgrond van 13,3 cent per kg en voor kleigrond van 15,9 cent per kg. Voor levering begin april uit de schuur levert het een kale kostprijs op voor zandgrond van 17,5 cent per kg en voor kleigrond 20,6 cent per kg.
Wanneer de reële kostprijs voor leveren uit de schuur voor 2022 (23,7 cent per kg) voor kleigrond worden vergeleken met die van 2010 (15,1 cent per kg) wordt duidelijk dat de teelt van consumptieaardappelen een dure teelt is geworden. „De kosten naderen de 10.000 euro per hectare.”
'Flink onder de kostprijs'
De contractprijzen zijn voor teeltjaar 2021 gemiddeld 1 cent gedaald en daarmee flink onder de kostprijs gekomen. Daarom is een stijging met zeker 4 cent nodig om op het kostprijsniveau van 2022 te komen, concludeert de NAV. En dan is er nog geen rekening gehouden met de kosten van beregening. „Het is met de huidige weersomstandigheden zeker verantwoord om met twee keer beregenen rekening te houden. En daarmee zouden de contractprijzen met zeker 5 cent/kg moeten stijgen om voor de telers nog interessant te zijn.”
Deze kostprijsberekeningen zijn vooral gericht op de teelt van fritesaardappelen. De Werkgroep Consumptieaardappelen van de NAV heeft ook gekeken waar de verschillen in kosten zitten voor de teelt van fritesaardappelen en tafelaardappelen. „Bij de teelt van tafelaardappelen heeft de rassenkeuze grote invloed op de behandeling en de opbrengst en dus ook de kostprijs.”
Nog hogere kosten bij tafelaardappelen
Bij tafelaardappelen zijn doorgaans de pootgoedkosten hoger en ook een knolbehandeling is kostbaar. Het grootste verschil zit in de bewaring, aldus de NAV. Tafelaardappelen worden meestal in kisten bewaard, wat een fors duurder systeem is dan los gestort. Dit levert al snel een 2,5 tot 3 cent aan extra kosten op voor tafelaardappelen als we uitgaan van dezelfde netto opbrengst. „Verder is het voor de teler belangrijk om rekening te houden met meer risico, als de vereiste kwaliteit niet wordt gehaald heeft dat flink negatieve gevolgen voor de prijs. Dus bij tafelaardappelen is de risicopremie van 15 procent zeker hard nodig.”
De berekening is gemaakt voor het nieuwe seizoen (2022) van consumptieaardappelen voor een voorbeeldbedrijf op zandgrond en op kleigrond. De NAV berekent deze kostprijs al vanaf 2010 steeds op dezelfde wijze voor een voorbeeldbedrijf. De kostprijs is berekend ex BTW en exclusief de kosten van beregening.