Corona trekt ook Belgische burger naar de boer
De onderzoeker ziet dat de mensen toch wat meer naar de boer zijn gegaan voor een deel van hun boodschappen. „Het besmettingsgevaar is natuurlijk lager op een boerderij dan in een drukke supermarkt. We zien dat mensen meer moeite doen om onze lokale economie hier meer te ondersteunen.”
Door de coronacrisis en de sluiting van de restaurants heeft de fritesconsumptie geleden. „We zagen een negatief effect op de fritesconsumptie door het wegvallen van typische fritesmomenten.” Covid 19 heeft volgens Michiels vooral een impact gehad op de plaats waar we eten, maar in mindere mate op wat we eten. „Mensen zijn meer thuis gaan eten.”
Meer gekookte aardappelen gegeten
Corona heeft wel gezorgd voor een toename in het thuisverbruik en, zeker in het begin van de eerste lockdown, ook voor een grotere consumptie van gekookte aardappelen. Michiels verwacht na corona wel weer een normalisatie van het aardappelverbruik. „Dat betekent dus dat er een blijvende druk zal zijn op de consumptie.” Verder verwacht hij dat de trends naar kleinere verpakkingen en vers verwerkte aardappelen waarschijnlijk verder gaan doorzetten.”
Aardappelen blijven de belangrijkste maattijdbegeleider in België, maar de consumptie is dalend. „Er worden in België alsmaar minder aardappelen gegeten,” zegt Michiels. „Er was een tijd dat mensen 6 dagen op 7 aardappelen aten. Maar die tijden zijn veranderd. Er is nu meer variatie op de markt. En mensen willen meer exotische gerechten, pasta en rijst eten.” De daling is een feit, al blijft de Belg zijn aardappelen wel eten. „Hij blijft het product naar kwaliteit schatten. Aardappelen blijven nog veruit het belangrijkste bijgerecht.”
Kooktypes
Michiels viel nog iets anders op in zijn onderzoek. „We zien dat consumenten maar weinig variëteiten van de aardappel kunnen opsommen. Ze kiezen eerder op basis van kooktypes, zoals de vastkokende en de bloemige aardappelen. Het is een uitdaging om de consument blijvend aardappelen te laten eten.”
Tekst: Matthias Vanheerentals