Vlaamse akkerbouwers in crisis kunnen rekenen op overbrugging tegen lage rente

Een aantal sectoren in de landbouw maakt door de coronacrisis financieel een moeilijke periode door. Heel wat bedrijven hebben te lijden onder bijzonder hoge bedrijfskosten. Ook toeleveranciers in de agrifoodsector kunnen rekenen op overbruggingsmogelijkheden. „Een deel van de Vlaamse landbouwers maakt zich ernstig zorgen”, zegt Crevits. „Varkensboeren moeten door de lage varkensprijzen ten gevolge van de coronacrisis, de Afrikaanse varkenspest en hoge grondstofprijzen elke maand grote bedragen zelf bijpassen. Een aantal akkerbouwers en tuinders kampt eveneens met cashproblemen door de oplopende kosten.”

Lage rente

Via het Vlaams Agentschap Innoveren en Ondernemen wordt voor een tijdelijke overbruggingsleningen tegen een lage rente gezorgd, waar ook land- en tuinbouwers hier gebruik van kunnen maken. De eerste terugbetaling gebeurt na 12 maanden na het afsluiten van de lening. Voor bedrijven met minder dan 50 werknemers die voldoen aan de voorwaarden is er een overbruggingslening mogelijk tot maximaal 200.000 euro met een rente van 1 procent. Dit moet uitgesteld terugbetaald worden binnen een periode van 36 maanden waarbij de boeren de eerste 12 maanden uitstel van terugbetaling kunnen krijgen. Er wordt in totaal in 100 miljoen euro voorzien voor deze maatregel, voor alle sectoren samen. „Zo helpen we bedrijven deze moeilijke periode overbruggen”, zegt Crevits.

Toeleveranciers

Ook toeleveranciers in de land- en tuinbouw die in een financieel moeilijke situatie terechtgekomen zijn, kunnen een beroep doen op deze lening en kunnen nu al een beroep doen op de waarborgsystemen van PMV. Het gaat om een waarborgbeheer bij overbruggingskredieten tot 750.000 euro met een waarborg van 75 procent en terugbetaalbaar over een periode van 10 jaar. Ook de Gigarantregeling staat nog steeds open, ook voor de land- en tuinbouwbedrijven.

Bij de hertekening van het toekomstige kader voor waarborgverlening bij overbrugging door PMV wordt onderzocht hoe ook de primaire land- en tuinbouwbedrijven kunnen worden meegenomen.

Penibele situatie

Crevits erkent de moeilijke situatie waarin de landbouw zich bevindt. „Landbouwsectoren worden gekenmerkt door het werken met levende materie waarbij je niet van de ene op de andere dag de productie stil kan leggen of zeer sterk kan bijsturen. Er is de crisis in de varkenssector, maar ook de tuinbouwsector bijvoorbeeld heeft zoals iedereen te kampen met hogere kosten. Landbouwers moeten vandaag vaak dure grondstoffen zoals voeders, meststoffen of brandstof aankopen en kampen toch met tegenvallende verkoopprijzen. Overbrugging van deze moeilijke periode is meer dan ooit aan de orde en wordt zeer dringend zowel voor de land- en tuinbouwers als voor de toeleverings- en verwerkende bedrijven.”