Geen jacht op konijn en beperkt op de haas
Het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) had Wageningen Environmental Research (WEnR) en Sovon opdracht gegeven om onderzoek te doen naar de staat van instandhouding van de vijf soorten op de lijst vrij bejaagbare soorten (de zogenoemde wildlijst). Deze vijf soorten zijn konijn, haas, houtduif, fazant en wilde eend.
Gebiedsgerichte aanpak
Uit onderzoek van WEnR en Sovon blijkt dat alle vijf de soorten van de wildlijst landelijk gezien niet in een gunstige staat van instandhouding verkeren. Om deze reden wil Van der Wal met de provincies en belangenorganisaties kijken wat nodig is voor het herstel van de soorten. Daarnaast wil de minister een gebiedsgerichte aanpak, waarbij de jacht op een bepaalde soort alleen kan plaatsvinden in die gebieden waar het goed gaat met deze soort.
Voor het konijn en de haas zijn trends op landelijk en provinciaal niveau beschikbaar. Voor de wilde eend, houtduif en fazant wil de minister eerst meer inzicht krijgen op provinciaal niveau. Op basis van dit inzicht zal de minister een besluit nemen over het wel of niet openen van de jacht op deze soorten in jachtseizoen 2023/2024. Komend seizoen (2022/2023) blijft de jacht op de wilde eend, houtduif en fazant nog open.
Indien de staat van instandhouding van het konijn en de haas in de toekomst verbeterd is, kan de jacht op deze soorten overal weer plaatsvinden.
Habitatverlies
De Rijksoverheid stelt dat jacht niet de hoofdoorzaak is van de achteruitgang van de soorten op de wildlijst. De belangrijkste oorzaken zijn habitatverlies, afgenomen kwaliteit van het leefgebied en het effect van predatoren. Het landelijk sluiten van de jacht op soorten van de wildlijst kan een grote impact hebben op faunabeheer, schadebestrijding en natuurbeheer. Daarom wil de minister een gebiedsgerichte aanpak, waarbij de jacht op een bepaalde soort alleen wordt geopend in die gebieden waar het goed gaat met deze soort, in combinatie met maatregelen voor herstel van de populatie.
Vervolgonderzoek en tellingen
Het ministerie overlegt de komende tijd met provincies en belangenorganisaties over vervolgstappen, zoals het op provinciaal niveau bepalen van de populatiestatus van de soorten van de wildlijst en het periodiek bepalen van de staat van instandhouding. Er moet ook aanvullend onderzoek komen naar de hoofdoorzaken van de achteruitgang en de ongunstige staat van instandhouding en een herstelplan om de soorten weer in een goede staat van instandhouding te brengen én te houden.
Daarnaast wil LNV dat ook de tellingen van de wildsoorten door wildbeheereenheden in de toekomst worden gebruikt. Het ministerie gaat samen met alle betrokken partijen werken aan verbetering van de telmethodiek en de inzameling van gegevens, zodat deze gegevens gebruikt kunnen worden. Ook wil LNV samen met provincies en stakeholders in kaart brengen wat de maatschappelijke en financiële impact is van het niet openen van de jacht.
Lees hier de reactie van de Jagersvereniging op het voorstel van de minister.
Tekst: Sandra Wilgenhof
Tijdens stages ontwikkelde Sandra een passie voor de landbouwsector. Haar studie Dier- en Veehouderij in Dronten combineerde ze met een minor en stage journalistiek. Als redacteur schrijft ze al enkele jaren nieuws en achtergrondartikelen over de landbouwsector.
Beeld: Robert Ellenkamp
Bron: Rijksoverheid