Werktuigdrager naar eigen idee
„Land is voor de planten, een trekker rijdt kapot.” De les van zijn vader hield akkerbouwerszoon Ap steeds bezig als hij zijn broer op het ouderlijk bedrijf hielp. Omdat ook in de Hoeksche Waard wordt geëxperimenteerd met het rijpadensysteem, gaan zijn gedachten ook al snel uit naar „iets in de richting.” Hij weet van het bestaan van 3-meter-trekkers, maar onderkent ook de nadelen daarvan.
Eén van de eerste eisen voor zijn geesteskind is een verstelbare spoorbreedte. Op het veld 3,20 meter, op de weg 2,20. Niemantsverdriet heeft daar verschillende redenen voor. „Ik zie het ook een beetje als tegemoetkomen aan maatschappelijke weerstand tegen ‘boeren met brede trekkers op de weg’. Ik wil ruzie met mijn omgeving voorkomen.” Verder rijdt een 3 meter trekker snel op de rand van het asfalt met het gevaar dat kapot te rijden. Andere eisen aan zijn ontwerp zijn 200 pk vermogen en 10 ton hefvermogen.
Niemantsverdriet – TU Delft, werktuigbouw – ontwerpt een werktuigdrager met vier even grote wielen. Hij oriënteert zich op wat al in de markt is, of wat in de markt komen gaat. Vaststaat dat zijn machine qua aandrijving af gaat wijken van wat gangbaar lijkt te worden. Geen elektrische, maar mechanische aandrijving. „Hydraulisch valt sowieso af vanwege de inefficiëntie.” Ap wil ook geen elektrische aandrijving omdat mechanisch volgens hem de meeste trekkracht geeft zonder warm te worden.
Besturing
Zijn keuze plaatst hem wel voor een probleem in de besturing. „Hydro- of elektromotoren zijn per wiel in te bouwen. Bij mechanische aandrijving moet het koppel door de fusee. Dat maakt het noodzakelijk zwaar en groot.” Niemantsverdriet kiest daarom voor knikbesturing, met een motor op de vooras en sperdifferentiëlen op voor- en op het achterdeel.
De aandrijflijn is overigens ook weer een verhaal apart. Ap gaat uit van een Audi Quattro dieselmotor met aandrijflijn die de wielen aandrijft. Zo’n motor met aandrijflijn is uit een schadeauto voor relatief weinig geld te koop, weet hij. „Zij hebben als grote voordeel dat ze gebaseerd zijn op het principe van een wormwielaandrijving. Simpel gezegd kunnen krachten maar één kant uit. Een continue dwarssper dus.” Een wormwiel kan wel een tandwiel aandrijven, een tandwiel krijgt een wormwiel niet in beweging. De aandrijflijn is licht en snellopend en wordt pas in de wielen door een planetaire eindreductie in kracht omgezet.
Tekst gaat verder onder de afbeelding
Het hoge koppel van de motor verdeelt Niemantsverdriet in een langsdifferentieel over achter- en vooras, in de verhouding 60 -40. Door elektronische blokkering kan dat achter oplopen tot 80 procent, met de mogelijkheid van doorslippen bij overbelasting.
Schuifassen
Het ontwerp voorziet ook in schuifassen. De techneut wil ze elk tot 30 ton kunnen belasten én in breedte instelbaar maken. Hij gaat uit van koker 200 x 120 met daarin koker 180 x 100. Bij een wanddikte van 4 respectievelijk 5 millimeter blijft er nog ruimte over voor een kunststof glijplaat tussen de kokers.
Niemantsverdriet heeft het idee zoals hij dat in zijn hoofd had nu ontwerpklaar. Details als cabineplaats –„niet verschuifbaar, houd het simpel”-, aankoppel en aandrijfmogelijkheden en dergelijke zijn ingevuld. Hij heeft contacten met verschillende bouwers, onder andere van verbrede trekkers. „Die verbouwen echter de trekker van hun klant en die is daar weer tevreden over.” Het liefst komt hij daarom in contact met akkerbouwers die heil zien in zijn ontwerp. „Eigenlijk zoek ik mensen die zich kunnen vinden in het credo van mijn vader. De voordelen zijn groot.”
Moeilijk ploegen
Zijn er ook nadelen? Met een knikbesturing is het moeilijk ploegen, geeft Niemantsverdriet aan. De treklijn is eigenlijk niet in te stellen omdat de achterkant van de machine tegengesteld stuurt aan de voorkant. Nu is zijn werktuigdrager daar ook niet voor ploegen bedoeld, maar mocht iemand het onverhoopt willen: Ap is inmiddels aan het tekenen aan een constructie onder de machine om de treklijn toch op het midden van de vooras te laten uitkomen. Wordt vervolgd.
Tekst: Arie Coster
Startte na ‘Dronten-Landbouwtechniek’ bij een landbouwmachinefabrikant. Ging door in journalistiek, speciaal onderwijs en coaching. Schrijft nu bij Agrio over Mechanisatie.
Beeld: Ap Niemantsverdriet