Trips, uienvlieg en uienmineervlieg bestrijden met hetzelfde middel
Schade en opbrengstderving door insecten zijn een bedreiging voor een rendabele uienteelt. Dat zie je nu al, maar met het verder verschralen van het aanbod van toegelaten insecticiden worden de zorgen groter. “Dat vraagt om een aanscherping van de strategie. Telers moeten alerter zijn om het gewas tegen insecten te beschermen. De timing en een strategische inzet van middelen zijn belangrijk”, stelt Ronald Deken, teeltspecialist bij FMC. “Ik snap de zorgen bij de telers, maar er is zeker nog wel perspectief. Concreet betekent het dat we de beschikbare middelen optimaal moeten benutten en natuurlijke vijanden sparen die helpen om tripsschade te voorkomen.”
Trips, uienvlieg en uienmineervlieg
Risico’s zijn er volgens Deken overigens wel. “Door vreet- en zuigschade in het blad kunnen trips een opbrengstderving van wel 30 tot 40 procent geven. Zeker in een warm en droog jaar. Door het verbod op de zaadcoating, is de eerste bescherming weggevallen. Zo kan zich eerder een schadelijke populatie van uienvlieg en de uienmineervlieg ontwikkelen. Vroege aantasting door uienvlieg en of uienmineervlieg resulteert veelal in slechte ontwikkeling van de uienplant of zelfs plantwegval.”
Monitoren: schachten controleren
Effectief beschermen begint met het goed monitoren: wanneer tref je de eerste trips aan en welke andere insecten zitten er in het gewas? Adulten trips kun je volgens Deken monitoren met vangplaten. “Om trips larven op te sporen is het belangrijk om goed de schachten van de uienplanten te controleren. Doe dat regelmatig en in het groeiseizoen minimaal 1 keer per week”, adviseert hij. “Zodra je trips waarneemt, is dat het moment om een gewasbehandeling uit te voeren.”
Herhalen bij nieuwe invlieg
Deken adviseert de behandeling te herhalen, zodra nieuwe invlieg trips zichtbaar zijn. “Let daarbij ook op de omgeving: staan er waardgewassen voor trips in de buurt zoals graan, dan kan de druk in korte tijd explosief toenemen.” Hij benadrukt dat het belangrijk is dat een teler het monitoren voldoende lang volhoudt. Trips kunnen in een droge en warme augustus nog behoorlijk wat schade veroorzaken.”
Voorkom populatie opbouw
Met een klein aanbod van toegelaten insecticiden, waarvan sommigen met een beperkt aantal toepassingen per teeltcyclus, is belangrijk om daar strategisch mee om te springen. “Zelf zou ik altijd het sterkste middel, Benevia, als eerste inzetten”, vertelt Deken. “Zo voorkom je populatie-opbouw en voorkom je grotere problemen in het vervolg van de teelt.”
Daarnaast speelt volgens Deken ook de aanwezigheid van andere insecten, zoals de uienvlieg en uienmineervlieg, een rol in de keuze van het middel. “Deze twee schadelijke insecten steken de laatste jaren steeds vaker de kop op en veroorzaken steeds meer schade. De uienmineervlieg begint lokaal, onder andere in Midden-Nederland en delen van Flevoland, een behoorlijk probleem te worden. Dan heeft een middel dat zowel effectief is tegen trips als tegen uienvlieg en uienmineervlieg de voorkeur”, vertelt Deken.
Snelle werking, minder opbrengstverlies
Benevia werkt op zowel de larve als de volwassen tripsen. Hierdoor is het flexibel in te zetten en is het spuitmoment flexibeler. Het werkt bovendien heel snel. Na opname verlamt het vrijwel direct de spieren waardoor zuig- en schraapschade bijna meteen stopt en opbrengstderving wordt voorkomen. Om de effectiviteit van Benevia aan tonen, waren er de afgelopen jaren verschillende praktijkproeven bij het UIKC in Colijnsplaat. In 2020, een echt tripsjaar, is het effect van het insecticide op de opbrengst onderzocht. Een behandeling met Benevia resulteerde in een flink hogere opbrengst ten opzichte van onbehandeld gewas en ook een hogere opbrengst vergeleken met behandeling met andere insecticiden.
Gebruik maken van natuurlijke bestrijders
Naast de werking van insecticiden wordt het naar de toekomst toe steeds belangrijker om optimaal gebruik te maken van natuurlijke bestrijders. Dat kan door een middel te kiezen dat selectief is en natuurlijke bestrijders van de trips zoals roofwantsen, gaasvliegen en roofmijten spaart. Op die manier kan een natuurlijk evenwicht in het gewas ontstaan en is trips uiteindelijk afdoende te beheersen.