Staghouwer zet bij Scopaff in op betere bescherming bijen

Binnen de EU wordt al jaren gesproken over een nieuwe geharmoniseerde manier om gewasbeschermingsmiddelen te beoordelen op de risico’s voor bijen door middel van het bijenrichtsnoer. In 2013 publiceerde EFSA de eerste versie van het bijenrichtsnoer. Omdat sindsdien veel onderzoek is gedaan en gepubliceerd, heeft EFSA in maart 2019 het mandaat van de Europese Commissie (EC) gekregen om het bijenrichtsnoer verder uit te werken en aan te passen aan de huidige stand van de wetenschap. Het is de EU-lidstaten de afgelopen jaren niet gelukt om tot overeenstemming te komen over de inhoud van het richtsnoer. Belangrijk struikelblok is de praktische uitvoerbaarheid van de richtlijn.
Compromisvoorstel
In juni 2021 is een meerderheid van de EU-lidstaten akkoord gegaan met het compromisvoorstel om voor honingbijen een beschermdoel van een maximale afname van de omvang van honingbijenkolonies van 10 procent te hanteren. Een dergelijke afname ligt binnen de natuurlijke variatie van de omvang van een honingbijenkolonie en heeft daarmee geen negatieve effecten op de populatie als geheel, aldus Staghouwer.
De EC stelt voor om, zo lang er geen voldoende robuuste wetenschappelijke gegevens zijn, geen vooraf vastgestelde drempelwaarde voor hommels en solitaire bijen aan te houden. De EC overweegt hierbij om altijd veldstudies met hommels en solitaire bijen te vereisen, met als uitgangspunt dat een gewasbeschermingsmiddel geen negatieve effecten op de populatie hommels en solitaire bijen mag hebben. Alleen wanneer op basis van laboratoriumstudies en een worst case-inschatting van de blootstelling al is aangetoond dat er geen risico is voor honingbijen, hommels, solitaire bijen en andere insecten kan een veldstudie achterwege blijven, aldus de commissie.
Het Ctgb adviseert om deze lijn te volgen. Met deze aanpak hommels en solitaire kunnen bijen goed kunnen worden beschermd, omdat het uitgangspunt blijft dat een gewasbeschermingsmiddel geen negatieve effecten op de populatie hommels en solitaire bijen mag hebben, aldus het college. Het wil echter wel bij de Europese Commissie aandringen op het zo snel mogelijk laten formuleren van goede eisen en protocollen voor veldstudies met hommels en solitaire bijen.
7 procent
Staghouwer staat iets anders in de wedstrijd. Al eerder liet hij in de Kamer weten dat hij wil inzetten op maximaal toelaatbare sterfte van 7 procent. Dit standpunt heeft de minister ook ingebracht tijdens de bijeenkomst tussen de EC, EFSA en lidstaten over de beschermdoelen voor hommels en solitaire bijen in februari. Bij de vergadering van Scopaff, die deze week wordt gehouden, wil hij dit standpunt opnieuw kenbaar maken.
Ook pleit hij voor goede eisen en protocollen voor veldstudies met hommels en solitaire bijen, zodat wordt geborgd dat veldstudies kwalitatief goede data opleveren. Daarom dringt hij, in lijn met het advies van het Ctgb, bij de EC aan op het zo snel mogelijk laten formuleren van dergelijke eisen en protocollen.

Tekst: Fenneke Wiepkema
Journalist, opgegroeid op een akkerbouwbedrijf. Schreef al voor verschillende landbouwuitgevers over het vakgebied akkerbouw en doet dit sinds 2012 als chef-redacteur akkerbouw bij Agrio. Schrijft en coördineert voor Akkerwijzer.nl, het vakblad Akkerwijzer en de regionale titels van Agrio.
Beeld: Ellen Meinen
Bron: Ministerie van LNV