'Wortelduizendpoot, de schrik van mijn leven'
Rennen beschouwt zichzelf als een groene boer. Hij probeert alles te doen om het het bodemleven naar de zin te maken. Dit keer vermoedde hij daar iets te goed in te zijn. Hij toonde op de themadag van het Actieplan Bodem&Water Flevoland hoe groot de schade aan de uien was. Wortelduizendpoot eet dood materiaal, maar hij kan ook kiemende uien of suikerbieten kapot maken. Het gevolg is een grotendeels kale akker.
Als groene boer doet Rennen er alles aan om jaarrond gewassen en groenbemesters op zijn percelen te hebben. Als mest gebruikt hij organische kippenmest. Het is allemaal goed voor het bodemleven, maar de wortelduizendpoot wil de teler er niet mee stimuleren. „Hij heeft geen natuurlijke vijanden en vermeerdert zich op wintertarwe en koolachtigen. Die koolachtigen zitten bijvoorbeeld in mijn groenbemesters.”
Insecticide
De akkerbouwer zou alles willen doen tegen de plaag. Insecticide als zaadcoating zou helpen, maar kan nauwelijks nog wettelijk, inunderen werkt het beste, maar is praktisch lastig. Hij vond op het internet wel wat informatie, maar echt iets dat definitief afrekent met de beestjes is moeilijker. Ze kunnen zich tot anderhalve meter onder de grond terugtrekken. Hij heeft waarschijnlijk wel last van een beregening met 30 millimeter. „Ik denk aan verschillende dingen: een fijner zaaibed, chitine geven, gerst, rogge of haver in plaats van wintertarwe telen, stro afvoeren, een keer geen groenbemester, geen droge kippenmest meer...”
Combinaties van maatregelen maken samen de strategie om de wortelduizendpoot te verminderen in aantal. De zwarte braak, een koolloze groenbemester, geen kippenmest, de bedden rollen met een Cambridgerol, moeten samen resultaat geven. Rennen ging te rade bij biologische telers, in de hoop dat zij er ervaring over kunnen delen. Door het toepassen van veel maatregelen in combinatie, weet hij straks niet meer waar de werking aan te danken is. Hem maakt het niet uit, als ze maar weggaan. Hij hoopt dat deze facultatieve plaag net zo plotselinhg gaat, als dat hij gekomen is.
Grondige aanpak
WUR Open Teelten gaat de komende jaren bodemplagen onderzoeken. Onderzoeker Hilfred Huiting zegt dat de publiek-private samenwerking (PPS) Grondige Aanpak Bodemplagen zich hier tussen 2022 en 2025 op zal richten. Bij dit onderzoek zijn bijvoorbeeld de larven van kniptorren een belangrijk onderwerp. Deze ritnaalden zijn lastig te beheersen in verschillende teelten. Ze leven meerdere jaren als larven in de grond en vreten zich in aardappelknollen en in andere gewassen. Huiting: „Ze vermeerderen in grasland en kunnen uit veronkruiding komen.”
Er zijn 77 soorten kniptorren bekend. De meerjarige cyclus van de insecten duurt drie tot vijf jaar. De volwassen insecten leven circa tien maanden. Met signaleringsvallen weten telers of ze actief zijn en kunnen ze een bestrijdingsmoment voor de torren bepalen. Voor bodemplagen geldt volgens Huiting dat de bestrijdingsmogelijkheden kleiner worden, door het wegvallen van breedwerkende middelen. „Pyrethroïden staan bijvoorbeeld ter discussie. Grondbewerking reduceert de populaties van veel bodemplagen.” Net als bij de wortelduizendpoten van Co'nn Rennen is NKG dus een methode om sommige bodemplagen in stand te houden. De PPS moet meer informatie opleveren over de beheersing van de bodemplagen in de akkerbouw.