LTO: half werk LNV brengt beschikbaarheid groenten in gevaar

De gewaslijsten zijn onderwerp van discussie sinds het ministerie van LNV vorig jaar met een concept 7e Actieprogramma Nitraat kwam, dat gaandeweg de herfst van tafel ging vanwege groot verzet uit de agrarische sector.
Maatwerk aanpak
Vervolgens werd er besloten tot een compromis, namelijk gewaslijsten. Dit werd de maataanpak 7e Actieprogramma Nitraat genoemd, waar een consortium van organisaties, bedrijven en instellingen bij betrokken is (LTO Nederland, NAJK, NAV, POV, Cumela, BO Akkerbouw, NZO en Rabobank). Een deel ervan is medio juli voor Internetconsultatie gepubliceerd, maar het belangrijkste deel volgens LTO en NAV niet. Beide organisaties doen een dringend beroep op het ministerie dit alsnog te doen, voordat de Internetconsultatie 15 augustus voorbij is.
Nu tijd voor nieuwe contracten
De overheid gaat er volgens de LTO vakgroep en de NAV totaal voorbij aan het feit dat juist nu in de oogsttijd ook het moment is aangebroken om bouwplannen op te stellen en contracten af te sluiten voor de levering van groenten in 2023 voor de versmarkt, snijderijen en verwerkende industrie.
Zowel telers als afnemers weten nu niet welke gewassen op de lijst met wintergewassen staan. Dat betekent volgens LTO voor afnemers dat productieplannen en contracten met Nederlandse telers nu niet te maken zijn. Het maakt namelijk nogal wat uit of prei, peen, bonen, spinazie of kool gelden als wintergewas.
Schuiven met bouwplannen
Als een gewas niet wordt aangemerkt als wintergewas moet het voor 1 oktober geoogst zijn, op zand- en lössgronden. Ook voor het ruilen en huren van gronden gaat dit problemen opleveren. Later in het jaar schuiven met bouwplannen heeft tot gevolg dat gemaakte afspraken met inkooporganisaties en groentesnijders niet nagekomen kunnen worden.
Als dit beleid wordt doorgezet staat de continuïteit van de hele groenteketen volgens LTO op het spel. Want een beperking van twee maanden op een productieperiode van vier tot zes maanden heeft enorme negatieve gevolgen voor de rentabiliteit en beschikbaarheid van producten.