‘Het wordt niet gemakkelijker met alternaria’
„We moeten er toch wat mee”, zegt Kessel. Daarbij kunnen beslissingsondersteunende systemen (BOS'en) en slimme teeltmaatregelen helpen. De keuze van het eerste spuitmoment draagt bij aan een effectieve inzet van het beperkte aantal bespuitingen. Alternaria is een schimmel die pas opduikt als het gewas fysiologisch verouderen gaat. Volgens Kessel kan je, afhankelijk van het aardappelras en het seizoen vaak wat later beginnen met bestrijden.
In België hebben telers ervaring met de monitoring van ziekte en gewas en het kiezen van de eerste spuitmomenten. Soms is dat moment half juli, soms richting half augustus. „Als je weinig middelen hebt, kan je beter wat later spuiten, als het gewas dan pas vatbaar wordt.”
Alternaria vindt zijn weg naar het gewas via twee kanten: opspatten van de grond of verspreiden via de lucht. „De schimmel overleeft in gewasresten. Het blad van het gewas moet lang genoeg nat zijn voor besmetting. Als je gewaarschuwd bent dat er een sporenwolk aan kan komen, kan je vooraf het gewas beschermen.” Op de proeflocatie kon de bespuiting beginnen op 9 augustus. Het had te maken met de hoge temperaturen en het late ras dat hier staat, zegt Kessel.
Liever genoeg gereedschap
De mate waarin ICM (geïntegreerd gewasmanagement) bijdraagt aan de beheersing van alternaria verschilt dus sterk per seizoen. Kessel ziet zelf graag evenwel een beter gevuld ‘gereedschapskistje’, ook als het niet te vroeg open hoeft.
Tekst: Jorg Tönjes
Beeld: Jorg Tönjes