Nieuwe campagne brengt veelzijdigheid akkerbouw voor het voetlicht

Op de website www.ruimtevoordenieuweakker.nl wordt een breed scala een interessante feitjes gepresenteerd in de vorm van korte video’s. Bijvoorbeeld dat het eten van aardappelen milieuvriendelijker is dan rijst of pasta: Ze hebben maar eenderde deel van de CO2-voetafdruk van rijst. Ze bevatten ook nog eens minder calorieën dan pasta of rijst. Ander feitje: Pulp van Nederlandse suikerbieten wordt onder meer gebruikt in shampoo en voor de productie van papier.
De campagne ‘De Akkerbouw Maakt Het’ is een initiatief van BO Akkerbouw en haar twaalf leden: Agrifirm, Avebe, Cosun, CZAV, Het Comité van Graanhandelaren, LTO Nederland, NAJK, NAO, NAV, Plantum, Van Iperen en VAVI. Met deze campagne willen de initiators laten zien dat producten van de Nederlandse akkers duurzaam, dichtbij, veilig én lekker zijn. En dat veel producten van de Nederlandse akker gebruikt (kunnen) worden als natuurlijke vervanger van verschillende producten.
Aardappelen zijn zoveel meer dan alleen basisvoedsel
Het is belangrijk om al deze positieve dingen te laten zien en toe te lichten, vindt directeur André Hoogendijk van BO Akkerbouw. „Veel mensen weten nog wel dat je met aardappelen eten kunt maken, maar aardappelen zijn zoveel meer dan alleen basisvoedsel, denk aan grondstoffen voor handzeep, bouwmaterialen of veganistische voeding.” Het wordt geen advertentiecampagne voor een breed publiek, zegt Hoogendijk. „We richten ons nu vooral op politiek en het bedrijfsleven. In de politiek gaat het zeker de laatste tijd veel over grote en lastige vraagstukken. Met onze campagne willen we laten zien hoeveel oplossingen de akkerbouw kan bieden voor een deel van die vraagstukken.”
De campagne ‘De Akkerbouw Maakt Het’ krijgt dinsdag 27 september fysiek vorm tijdens een ludiek event in Den Haag. Aan de Bezuidenhoutseweg - tegenover de ingang van de Tweede Kamer - laat de akkerbouwsector zien welke smaakvolle en innovatieve producten zij maakt. Tweede Kamerleden, beleidsmakers en andere belanghebbenden zijn uitgenodigd om te kijken, proeven én poseren. Over dat laatste wil Hoogendijk nog niet al te veel prijsgeven. Het heeft in ieder geval te maken met het gebruik van de sociale media.