Na één jaar elektrocutie knolcyperus: forse reductie maar nog niet verdwenen
Dat zijn de conclusies van onderzoek naar effectieve bestrijding van knolcyperus, uitgevoerd door onder meer Van Hall Larenstein. De resultaten werden gepresenteerd tijdens een symposium over knolcyperus in Oosterwolde (FR).
Knolcyperus is een hardnekkig onkruid en er zijn maar weinig mogelijkheden om het aan te pakken. Bestrijding vraagt daarom om een grondige aanpak. Eén van de methoden is elektrocutie. Hier wordt al enkele jaren in de praktijk mee gewerkt. In de proef is gewerkt met de Zasso X-Power van loonbedrijf Thijssen, een machine die onkruid bestrijdt met behulp van elektriciteit. De machine brengt via geleiders en stalen borstels elektriciteit in de bodem.
Stressmodus
Na één behandeling blijkt dat het aantal planten en de bedekkingsgraad juist toeneemt. Het plantje schiet door de elektrocutie in een stressmodus die groei lijkt te stimuleren. De ondiepe knolletjes lijken daarbij sneller te reageren dan knolletjes die dieper liggen. Na het eerste behandelingsmoment zijn er geen dode knolletjes gevonden. De diepte speelt ook een rol, zo bleek uit de proef waarbij knolletjes waren ingegraven. De knolcyperus op 15 cm diepte zag er vitaler uit dan die op 7,5 cm diepte.
Na de derde behandeling is de vitaliteit van de plant en de knolletjes afgenomen, blijkt uit de veldproeven. Er kwamen nog wel redelijk wat planten op, maar deze waren minder vitaal, legde Emiel Elferink van Van Hall Larenstein uit. Ook zijn er al veel knolletjes doodgegaan of hebben zich minder ontwikkeld.
Bodemleven
Om de mogelijke effecten op het bodemleven te onderzoeken, zijn bij de proef via buizen wormen in de grond gestopt. Per buis werden twintig grote en kleine wormen geplaatst. De veldproef heeft aangetoond dat de wormen niet dood gaan van behandeling. „Het lijkt er op dat de grotere wormen onder droge omstandigheden eerder op gang komen dan de kleine. Maar wanneer de kleine wormen eenmaal op gang zijn, zijn ze veel actiever dan de grote.” Onder natte omstandigheden zijn er geen verschillen geconstateerd tussen de grote en kleine wormen.
Tijdens de proef is de conditie van de bodem beoordeeld door een ervaren onderzoeker. Daarbij is onder meer gekeken naar beworteling, bodemverdichting van de ondergrond en de organische stof. Dit leverde geen significante verschillen op: de totale score voor en na de behandeling waren zo goed als gelijk.
De proef is op vijf locaties op zandgrond uitgevoerd, verdeeld over het land. Vorig jaar is voor het eerst veld- en laboratoriumonderzoek gedaan. Dit jaar is het veldonderzoek voortgezet, waarbij is voortgeborduurd op vragen die vorig jaar opkwamen tijdens de proeven.
Lastig te bestrijden
Knolcyperus is lastig te bestrijden. Alleen in maïs is het chemisch te bestrijden met een herbicide. Ook is het mogelijk om knolcyperus aan te pakken met glyfosaat op een braakliggend perceel. Verder wordt al enkele jaren gewerkt met elektrocutie. In het verleden was er nog de mogelijkheid om knolcyperus aan te pakken met natte grondontsmetting.