Het perspectief van Aleid Dik: Politieke moed geeft de landbouw perspectief

Eigenlijk is het op zijn minst opmerkelijk dat de landbouwsector die ons voorziet van voedsel, één van onze eerste levensbehoeften, op zoek moet naar perspectief. Dat perspectief zit dan ten eerste in een veel bredere maatschappelijke realisatie dat we als Nederland verre van zelfvoorzienend zijn voor voedsel en dat boeren essentieel zijn voor onze voedselzekerheid. Netto zijn wij importeur van voedsel. Het klopt dat wij geen honger zullen gaan leiden bij krimp van onze agrarische sector, maar dat komt dan vooral doordat we nog meer voedsel wegkopen voor de neus van armere landen dan nu al het geval is. Op veel plekken in de wereld wordt landbouwgrond onbruikbaar of het klimaat te ongunstig voor landbouw. Juist onze ligging in de vruchtbare rivierdelta van dit continent met voldoende water zou de boeren hier als vanzelfsprekend perspectief moeten bieden!
Voor perspectief op langere termijn ligt er dus een schone taak in het ´bijscholen´ van burgers, te beginnen met het onderwijs. Daarnaast zouden beleidsmakers en politici besluiten moeten nemen en regels opstellen met meer kennis van zaken dan nu vaak het geval is. Politieke keuzes zouden moeten worden gedreven door de realisatie dat voor de grondgebonden sectoren het behoud van voldoende areaal essentieel is. En dat voor een evenwichtige landbouw zowel dierlijke als plantaardige sectoren belangrijk zijn. Het beleidsvoornemen van de EU genaamd ´No net land take´, het beschermen van landbouwgrond en natuur tegen functieverandering, lijkt een nieuwe impuls te krijgen in 2023, wat goed nieuws is voor alle boeren in de EU.
Veranderingen bieden kansen ...
Als ik nu even specifiek inzoom op de akkerbouw, dan zien we dat al het beleid en de beleidsvoornemens ook de akkerbouw en vollegrondsgroenteteelt zwaar raken. Maar om met goede moed het nieuwe jaar in te gaan hierbij de blik op de perspectieven voor de akkerbouw.
Allereerst, er wordt een aantal grote veranderingen zichtbaar. Te beginnen met toenemende aandacht voor de eiwittransitie. Hier kan de akkerbouw een grote rol in spelen. En verder komt de biobased economie meer in de aandacht. Met name in de bouw, maar ook in allerlei andere industrie wordt gezocht naar oplossingen anders dan vanuit de fossiele (plastic) industrie. Dat kan dan ook gaan om verrassende zaken zoals de aluminium cupjes voor koffiemachines vervangen door plantaardige. Voor de akkerbouwers levert dit nieuwe kansen op. Bij het jaarcongres van de NAV over de uitgebrachte ´Toekomstvisie 2020´ gaven veel leden aan dat zij best willen extensiveren, als er maar rendabele alternatieve teelten voorhanden zijn. Bij een toenemende vraag naar plantaardig eiwit van eigen bodem voor humane consumptie en naar bouw-, isolatiematerialen en kunststofvervangers zou dit op redelijk korte termijn kunnen gebeuren.
Ook op het gebied van klimaat biedt de akkerbouw perspectief. Tenslotte kunnen wij CO2 opslaan op een natuurlijke manier die ook onze gewassen ten goede komt. Carbon Farming kan van toenemend belang worden.
Een andere lijn richting meer perspectief, is het verwaarden van gewasresten. Coöperaties als Avebe en Cosun hebben hiermee succes en dat moet leiden tot hogere inkomsten voor hun telers.
Perspectief wordt ook geboden door technische innovaties. Nieuwe veredelingstechnieken zoals CRISPR-Cas lijken binnenkort ook in de EU te worden toegelaten. ‘Groene’ gewasbeschermingsmiddelen krijgen een extra zetje in de toelating en de eerste goede resultaten van toegelaten middelen in open teelten beginnen te komen. Nederland zet zich in voor toelating van kunstmestvervangers. Nog niet alles is direct in het nieuwe jaar toepasbaar, maar het begin is er.
... maar nog geen garanties
Bovenstaande zaken stemmen hoopvol, maar bieden geen garantie op een redelijk inkomen. Met andere woorden: er zijn veel kansen, maar die leveren niet zomaar meteen geld op. Voor echt perspectief zijn er een aantal zaken cruciaal: krachtenbundeling bij akkerbouwers én flankerend beleid door de overheid. Wat betreft krachtenbundeling: de NAV heeft inmiddels twee producentenorganisaties opgericht, de POC voor consumptieaardappelen en de PO Eiwitboeren van Nederland voor eiwitgewassen. Dergelijk PO’s mogen van de ACM de markt beïnvloeden door leden te vragen de productie te beperken of onderhandelen over prijzen. Hiermee worden zowel betere prijzen als meer gelijkwaardigheid van de telers ten opzichte van de afnemers bevorderd. Nu alle akkerbouwgewassen geld opleveren, roept de POC dan ook op om meer graan te zaaien en minder consumptieaardappelen te poten. De sterkere positie van de boer in de keten verbetert zo het rendement. Het is zaak deze positie te behouden in mindere tijden.
Wat flankerend beleid betreft zijn er verschillende zaken nodig. Er moet een einde komen aan de heffingsvrije invoer van goedkoop product dat geteeld is op manieren en met gewasbeschermingsmiddelen die hier niet zijn toegestaan. Zolang dat niet geregeld is moet de overheid net als in onze buurlanden de teelt financieel steunen. En een NAV-stokpaardje: de overheid als marktmeester voor stapelbare producten als granen, suiker en zetmeel. Alleen afspraken met de supermarkten over bijvoorbeeld ´bijmengen´ van duurzaam geproduceerd product helpt de akkerbouw onvoldoende, het gaat dan immers alleen om die producten die als zodanig in de schappen liggen en niet om verwerkte producten.
Het goede nieuws is, dat steeds breder erkend wordt, ook door minister Adema, ook door de Europese Commissie, dat met het huidige handelsbeleid de verduurzaming in Nederland en de EU wordt belemmerd. Minister Schouten dacht, dat alleen al het uitzoeken of de marges in de keten eerlijk verdeeld zijn zou leiden tot die eerlijke verdeling. En dat als je aan burgers vraagt om duurzame producten te kopen, diezelfde burgers als consumenten niet langer naar de goedkoopste producten zouden grijpen. De tijd van dit naïeve optimisme lijkt achter ons te liggen. En dat biedt perspectief op een beleid wat niet alleen met de mond belijdt dat de boereninkomens belangrijk zijn, maar ook de politieke moed kan opbrengen om een goed boereninkomen te bewerkstelligen.
Ik wens u namens de NAV een in alle opzichten prachtig en perspectiefvol 2023!
Aleid Dik, directeur NAV
Tekst: Aleid Dik