Oogst graszaad uit de startblokken: opbrengsten vooralsnog goed
„Het is nu te hard gegaan”, zegt Siebert Sattler, hoofd graszaadteelt bij Barenbrug. „Maar desondanks denk ik dat we op een gemiddelde oogst uitkomen.” Het Engels raaigras en het rietzwenk, voor zover gemaaid, lijken nog niet heel slecht, aldus Sattler.
Er zijn wel grote verschillen dit jaar. „Er zijn heel goed percelen, met name op de zwaardere gronden. Deze zijn niet verdroogd. Maar er zijn ook percelen waar de droogte heeft geleid tot lagere opbrengsten.” Door de extreme omstandigheden zijn veel grassen zich gaan richten op de productie van bladmassa en daardoor is er minder zaad geproduceerd. „Eerst was het koud en nat, waardoor de gewassen laat op gang kwamen. De laatste weken is het door de hitte weer heel hard gegaan met de afrijping.”
Lichter zaad door droogte
Zijn eerste bevindingen zijn dat het zaad wat lichter is dan normaal. „Een gevolg van een tekort aan vocht.” Dit leidt er toe dat graszaadtelers hun combine iets anders moeten instellen, om te voorkomen dat ze een groot deel van het zaad verliezen tijdens het dorsen. Ook ziet hij dat veel gras taai is geworden door de droogte. Dat maakt het lastiger te maaien. „Het gaat stropen in de maaimachine.” Mede daarom worden enkele percelen van stam gedorst.
Barenbrug is deze week begonnen met het maaien op Tholen. „We zijn een kleine tien dagen later dan vorig jaar.” Sattler schat in dat 5 tot 10 procent van het areaal is gemaaid en plaatselijk al gedorst.
De tekst gaat verder onder de tweets
Schapengras
DLF is net iets minder ver. Hier zijn alleen de allervroegste rassen, zoals het schapengras, gemaaid. Resultaten hiervan heeft Sam de Vlieger, hoofd buitendienst bij DLF, nog niet. „We oogsten nog met de ogen; de opbrengsten lijken goed, normale oogsten.”
De verwachting is dat in het weekeinde de eerste percelen rietzwenk worden gemaaid. Nog weer enkele dagen later volgen de raaigrassen. In het noorden moeten graszaadtelers nog iets langer wachten.
De oogst valt weer gemiddeld, aldus De Vlieger. „Vorig jaar waren we extreem vroeg.”