Hof in zaak Drentse lelieteler: Niet elk risico van gewasbeschermingsmiddelen uitsluiten
Dat is de motivatie van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden bij de uitspraak in de zaak tegen lelieteler Joling uit Dwingeloo (DR). Het Hof deed op 10 juli uitspraak in deze zaak, de motivatie hiervan is nu bekendgemaakt.
Voorzorgsbeginsel
Het Hof besloot het zogenoemde voorzorgsbeginsel toe te passen. In dit geval is er volgens de rechter geen reden om alle bestrijdingsmiddelen te verbieden.
De teler heeft al veel maatregelen getroffen om de gevolgen voor de omwonenden te beperken: de ondernemer gebruikt voor circa 75 procent volledig biologische gewasbeschermingsmiddelen, hij hanteert een zeer brede bufferzone tussen de lelies en de omwonenden en hij werkt met een veldspuit die is voorzien van driftreductie van 99 procent, waar 75 tot 90 procent wordt gevraagd.
Daarnaast hebben de Gezondheidsraad en het RIVM niet tot een verbod hebben geadviseerd. Zij hebben kort geleden nog onderzoek gedaan naar het verband tussen bestrijdingsmiddelen en ziektes als Parkinson, aldus de rechter.
Eén keer per week spuiten
Maatschap Joling heeft volgens het Hof voldoende duidelijk kunnen maken genoodzaakt te zijn om, voor een goede oogst, gewasbeschermingsmiddelen toe te moeten passen. „De leliebollen worden in het najaar geoogst. Daarvoor is volgens de maatschap nodig dat zij tot ongeveer 1 oktober 2023 de lelies één keer per week bespuit met gewasbeschermingsmiddelen.”
De maatschap heeft bij de dagvaarding in hoger beroep een lijst overgelegd met vier gewasbeschermingsmiddelen die zij voor deze teelt nog wil gebruiken: Rudis-12970 N, Titus-11393 N, Goltix WG-8629 N en Olie-H 6598-N, middelen tegen vuur, schimmel en virus. Joling heeft zich beperkt tot deze vier middelen om zoveel mogelijk tegemoet te komen aan de belangen van de omwonenden in het buurtschap Boterveen.
Advocaat Constantijn de Jonge laat weten met Joling blij te zijn met de uitspraak en de motivering van de rechtbank. „Deze laat zien dat de rechter erkent dat Joling alles doet om te zorgen dat er geen onnodige risico's ontstaan naar de omgeving.” Ook de KAVB reageert positief op de motivering van de rechter. Al blijft de belangenbehartiger van mening dat Joling alle gewasbeschermingsmiddelen die hij nodig heeft, zou moeten kunnen gebruiken, omdat deze een toelating hebben van het Ctgb.
Buurtbewoners: Verhoogd risico op Parkinson
De omwonenden hebben op 12 juni in kort geding bij de rechtbank een verbod op het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen gevraagd, vanwege het verhoogde risico op neurodegeneratieve ziekten (waaronder Parkinson) en vanwege de daarmee samenhangende inkomstenschade. Zij hebben erop gewezen dat bij de teelt van lelies in Nederland relatief de meeste gewasbeschermingsmiddelen worden gebruikt. De voorzieningenrechter heeft dat verbod toegewezen. De maatschap heeft daartegen het turbo-spoedappel ingesteld.