Column: André Hoogendijk: Stem op de Partij voor de Planten

Gek genoeg hebben we in Nederland wel een Partij voor de Dieren, maar niet een Partij voor de Planten. Tijd voor verandering. Tijd voor een nieuw sociaal-agrarisch contract. De Partij voor de Planten gaat met een 10-puntenplan de verkiezingen in.

1. Elke inwoner van Nederland krijgt een wettelijk recht op gezond voedsel. Niemand hoeft in ons land met honger naar bed te gaan en niemand hoeft te bedelen om eten. Elke school biedt maaltijden aan. Elk bedrijf mag medewerkers trakteren op een gezonde maaltijd. Elke supermarkt biedt actief gezonde voeding aan. Nederlandse boeren en voedselverwerkende bedrijven zorgen voor uitstekende maaltijdboxen. Dit is een investering van de overheid in de waardigheid en gezondheid van ons allemaal.

2. Het landbouwbeleid wordt volledig afgemaaid en opnieuw ingezaaid. De teelt van gewassen en de gezondheid van de bodem staan voortaan centraal. Gras en mais worden als serieuze teelten onderdeel van de akkerbouw. Dieren krijgen een belangrijke rol in het upcyclen van reststromen, het onderhouden van het landschap en het produceren van mest. Veehouderij zien we niet meer als het middelpunt van de landbouw maar als een waardevol onderdeel van de plantaardige sector.

3. Elke school en elke wijk krijgt een moestuin. Wat nu nog troosteloze hertenkampjes zijn, worden straks bruisende groentetuinen. Samen zaaien, planten water geven en de slakken eruit halen. En natuurlijk genieten van je eigen oogst. Het is goed voor een mens om dichtbij de aarde te zijn. Je krijgt meteen wat meer kennis over waar je voedsel vandaan komt en je staat weer wat dichterbij de agrarische sector. Het is hard werken en lekker eten. Gezellig om samen te doen of om even in je eentje tot rust te komen.

4. Onderzoek voor de agrarische sector gaan we vaker crowdsourcen. Gewone burgers kunnen in hun tuin of op het balkon nieuwe rassen testen en proefjes doen met nieuwe gewassen. In België hebben volgens deze werkwijze honderden mensen meegedaan met onderzoek naar de teelt van soja. Dat leverde interessante resultaten op voor de agrarische sector en je hebt meteen een grote groep ambassadeurs. Luiken open, vooroordelen aan de kant en wat meer beweging in de boer-burger relatie.

5. We gaan ons meer met Brussel bemoeien. De plantaardige sector is een wereldwijde sector waarvoor de Europese Unie van groot belang is. We werken en handelen in een grote interne markt van 27 landen. Daarbuiten hebben we te maken met internationale handelsverdragen. We willen als land dichtbij het vuur zitten en zelf met goede voorstellen komen. De nieuwe minister gaat minimaal één dag per week naar Brussel of naar een andere EU-lidstaat om de Nederlandse belangen te bevorderen.

6. Planten worden het fundament van onze gezondheidszorg. Gezond voedsel zorgt ervoor dat we langer gezond kunnen leven. Daarover leren we voortaan vanaf de basisschool tot aan de publieke omroep – Heel Holland Kookt & Smeert. Als anders eten helpt bij het oplossen of verminderen van je ziekten en kwalen, dan krijg je daarvoor een coach toegewezen voor begeleiding. Anders leren eten is best lastig. Laten we elkaar daarbij helpen - in de wijk, op het werk en bij de sportclub.

7. We gaan alles uit planten halen wat erin zit. Naast gezonde voeding halen we er ook inhoudsstoffen uit die we kunnen gebruiken als medicijnen of als groene chemie. Als onderdeel van ons groene industriebeleid maken we een transitie van staal, beton en steenwol naar duurzame biobased materialen. Van PFAS en microplastic willen we niets meer weten. De gaan we allemaal vervangen door plantaardige reststromen. Alle producten willen we volledig kunnen recyclen.

8. Natuur bestaat net als landbouw vooral uit planten. Kennis over planten gaan we voortaan beter delen tussen boeren en natuurbeheerders. Invasieve exoten en probleemonkruiden pakken we samen aan. Gebiedsplannen maken we ook samen. Er komt een landelijk verbod op het klepelen van gras. Al het maaisel van bermen en natuurgebieden wordt voortaan verwerkt door de agrarische sector, uiteraard nadat het vrij is gemaakt van plastic en andere rotzooi.

9. De ruimtelijke spreiding van gewassen is bijzonder belangrijk voor de biodiversiteit en een aantrekkelijk landschap. Kleinere en meer verspreide percelen zijn echter minder praktisch voor telers om te bewerken. Om dit op te lossen zetten we in op de ontwikkeling van slimme technologie met onder meer kleine autonome voertuigen en drones. We combineren de kennis van landbouw, landschap en biodiversiteit met onze technische sector. Deze apparaten zijn meteen mooie nieuwe exportproducten.

10. We gaan met planten de wereld verbeteren. Met onze duurzaam geteelde zaden en pootaardappelen kunnen we een bijdrage leveren aan gezond voedsel over de hele wereld. Met onze fabrieken voor onder meer koffie en cacao kunnen we een grote impact hebben op boeren ver buiten Nederland en Europa. We gaan onze invloed maximaal aanwenden voor een rechtvaardig voedselsysteem. Vraag niet wat de wereld kan doen voor jou. Vraag wat jij kunt doen voor de wereld.

Stem op de Partij voor de Planten!