Woensdag staat glyfosaat centraal in de Haagse politieke arena
In Nederland, maar ook in andere (Europese) landen, is al jaren een felle maatschappelijke discussie gaande over het onkruidbestrijdingsmiddel glyfosaat. Een chemisch bestanddeel dat meer bekendheid geniet onder de (merk-)naam Roundup. Daarbij lopen feiten en meningen regelmatig door elkaar heen, en sommige politici gooien extra olie op het vuur.
De Europese Commissie stelt nu voor om de toelating van glyfosaat met 10 jaar te verlengen. In de komende maanden stemmen de EU-lidstaten over dit voorstel. In dat kader is woensdag 4 oktober een rondetafelgesprek met politici en diverse belangenorganisaties, zoals afgevaardigden van LTO Nederland en landbouwkundige praktijkonderzoekers van Wageningen University & Research (WUR).
Gevolgen op korte termijn
Vooruitlopend op dit rondetafelgesprek waarschuwen de onderzoekers van WUR voor de gevolgen van een volledige ban op het gebruik van glyfosaat in de landbouw op korte termijn. De WUR-specialisten benadrukken in hun notitie dat zij geen pleidooi houden voor het op grote schaal toepassen van glyfosaat, maar dat zij vrezen dat het op korte termijn volledig uitbannen van het middel voor boeren niet per se een verbetering hoeft te zijn. Telers zullen namelijk in eerste instantie overstappen op andere bestaande chemische alternatieven, die landbouwkundig minder effectief zijn en daarom intensiever gebruikt zullen worden en die per saldo niet per sé beter zijn voor mens, milieu, bodemleven en het klimaat.
Volgens de onderzoekers scoort glyfosaat landbouwkundig en qua haalbaarheid van investeringen in geld en menskracht beter dan de huidige alternatieven. Daarnaast zijn veel van de bestaande chemische alternatieven voor glyfosaat niet per se beter voor mens en milieu. Bovendien zijn veel van de huidige niet-chemische alternatieven (bijvoorbeeld ploegen) ongunstiger voor het bodemleven en het tegengaan van klimaatverandering.
Geen alternatief
Pieter de Wolf, senior praktijkonderzoeker en tevens projectleider van Boerderij van de Toekomst, is één van de sprekers tijdens het rondetafelgesprek. „We sluiten glyfosaat en andere gewasbeschermingsmiddelen niet a priori uit, maar gebruiken ze alleen als er geen goed alternatief is. Daarbij kiezen we bij voorkeur voor plaats- of plantspecifieke aanpak met middelen met de laagste milieurisico’s. Bij de toepassing wordt gestreefd naar minimale emissies. Deze strategie levert ons een grote reductie van de middelen inzet en milieurisico’s op, al zijn er wel verschillen tussen de jaren.”
De Wolf onderstreept dat het plantgericht werken vraagt om extra inzet op de ontwikkeling en toepassing van technologie die bijvoorbeeld met behulp van camera’s, sensoren en Artificial Intelligence allerlei soorten onkruiden en aardappelopslag in allerlei gewassen kan herkennen en gericht behandelen. „Daarbij is het cruciaal dat een aantal effectieve herbiciden met een relatief laag milieurisico beschikbaar blijft voor deze toepassingen, zoals glyfosaat. Het is ook belangrijk dat niet-chemische methoden, zowel mechanisch, thermisch, elektrisch of optisch, verder ontwikkeld en beproefd worden. Aandachtspunt bij die alternatieven is echter de energiebehoefte en de impact op de bodem.”
LTO
LTO Nederland neemt morgen ook deel aan het rondetafelgesprek. Zij is duidelijk in haar opvatting. „Als de politiek de toelatingsbeoordeling van gewasbeschermingsmiddelen belegt bij onafhankelijke, wetenschappelijke instituten, en daar hoge normen aan stelt, dan moet zij de uitkomsten van die beoordeling vervolgens ook respecteren. Door die uitkomsten ter discussie te stellen, ondermijnt de politiek het gezag van, en het vertrouwen in, onafhankelijke overheidsinstituties - een fenomeen waar diezelfde politiek op andere domeinen juist haar afschuw over uitspreekt.”
„Het feit dat de politiek de toelatingsbeoordeling voor glyfosaat niet beschouwt als een eindpunt, maar als een startpunt voor de politieke besluitvorming, is wat de LTO betreft een onjuiste en onterechte gang van zaken. Het maakt geobjectiveerde, wetenschappelijke toetsing onderhevig aan subjectieve, politieke positionering.
Gezondheidsrisico’s
Ook LTO zegt bezorgd te zijn over mogelijke gezondheidsrisico’s bij het gebruik van bepaalde gewasbeschermingsmiddelen. „Als er wetenschappelijke indicaties zijn dat gewasbeschermingsmiddelen risico’s op kunnen leveren voor de volksgezondheid, dan moeten die signalen serieus genomen worden en kritisch onderzocht. Ook wij maken ons zorgen over nieuwe signalen dat een mix van gewasbeschermingsmiddelen mogelijk het risico op neurologische aandoeningen als Parkinson kan vergroten.”
Ook LTO roept op om hier zorgvuldig onderzoek naar uit te voeren. „En als blijkt dat middelen - al dan niet in combinatie - bij verantwoord gebruik (neurologische) risico’s opleveren, dan zijn ook wij van mening dat deze middelen onmiddellijk uit de markt gehaald moeten worden. Omwille van de gezondheid van burgers en omwonenden, maar óók omwille van de gezondheid van onze eigen voedselproducenten.”
Feiten versus meningen
LTO-voorzitter vakgroep akkerbouw Tineke de Vries stelt dat het maatschappelijke debat over het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen in het algemeen, en glyfosaat in bijzonder, niet langs LTO heengaat. „Akkerbouwers, fruittelers en tuinders zijn ondernemers, en geen enkele ondernemer leeft onder een steen. Geen enkele ondernemer staat met zijn rug naar de samenleving. Onze sector schuwt het maatschappelijke debat over het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen niet.”
Dat debat - gericht op maatschappelijke draagvlak - moet niet worden vermengd met een wetenschappelijk-geobjectiveerde toelatingsbeoordeling, aldus De Vries. „Voor alles is een tijd en een plek. Wij staan open voor een maatschappelijke dialoog over het gebruik van glyfosaat. En wij beseffen dat een maatschappelijke dialoog tot politieke besluitvorming kan leiden. Maar een rondetafel die zich richt op dié vraag zou los moeten staan van een periodieke toelatingsprocedure waarvoor duidelijke, onafhankelijke protocollen en procedures zijn vastgesteld.”
Meer CO2-uitstoot
Ron Mulders, LTO-portefeuillehouder Gezonde Planten, vult aan: „Zonder de inzet van glyfosaat zullen agrariërs veel vaker terugvallen op kerende bodembewerking. Minder glyfosaat gaat hand in hand met meer CO2-uitstoot. Ook zulke feiten moeten in het maatschappelijk debat worden meegenomen. De politiek moet niet de indruk wekken dat er gemakkelijke oplossingen bestaan. Dus een maatschappelijk debat: prima, maar dan wel binnen het bredere kader. Dat is wat ik bedoel als ik in ons position paper refereer aan een ‘maatschappelijk toetsingskader’.”
Tekst: Guus Queisen
Opgegroeid op een gemengd agrarisch bedrijf op een typisch Zuid-Limburgse carréboerderij. Na een financieel/economische opleiding en diverse functies sinds 1985 in deeltijd en sinds 1996 fulltime op freelance basis actief in de landbouwjournalistiek. Volg kritisch alle ontwikkelingen die (in-)direct aan de agrarische sector gerelateerd zijn. Bij Agrio werkzaam voor zowel de papieren als de digitale uitgaven van: Stal en Akker, Pigbusiness, Melkvee en Akkerwijzer.
Beeld: Robert Ellenkamp
Bronnen: Wageningen University & Research, LTO Nederland