Examen in het aardappelveld
Flinke dobber
Elk volgend kwartier stappen telkens twee kandidaten het veld op. Wijma vertelt dat de examenkandidaten een flinke dobber wacht. 'Tussen de rijen zitten secundair besmette aardappelplanten, pootgoed dat reeds ziek de grond in is gegaan.' De selecteurs-in-spé beginnen goed voorbereid aan het examen. 'Afgelopen winter leerden zij tijdens twee theoriedagen over symptomen aan een zieke knol, verspreiding van virussen en bacterieziekten. Ook leerden ze hoe een pootgoedteler met deze ziekten om moet gaan.' De afgelopen maanden konden de cursisten het geleerde in praktijk brengen en oefenen op het proefveld van de NAK. Daar staan namelijk enkele rijen met daarin tal van zieke planten. Bordjes bij de rijen maken duidelijk welke ziekte in het spel is.
Paraplu
René Terhagen uit Rietmolen heeft al flink wat aantekeningen gemaakt op zijn formulier. Nu loopt hij al speurend langs een rij Spunta's. Terhagen torst een opengeklapte paraplu met zich mee. 'In de schaduw herken ik de aantastingen in de bladeren veel gemakkelijker én beter.' De kandidaten die geen paraplu mee hebben, lopen van de zon af. 'Het valt niet mee om de besmettingen te herkennen', verzucht een van hen.
Taaie klus
Het selecteren van de zieke planten vraagt zichtbaar een flinke inspanning. De kandidaten lopen druk turend, voelend en schrijvend rond. Regelmatig wordt met het hoofd geschud. Wijma kijkt van een afstandje toe. Hij weet maar al te goed wat de kandidaten voor de kiezen krijgen. 'Een lichte besmetting met bijvoorbeeld bont is moeilijk te herkennen. Zeker wanneer een plant juist de symptomen van bont, de diepe nerven, begint te vertonen. Een ander probleem is dat sommige rassen – Aveka bijvoorbeeld – soms symptoomloos zijn. Door het diepnervige blad laat het moeilijk de symptomen van virussen zien.'
Te weinig goede selecteurs
Wijma is blij dat maar liefst 28 cursisten examen doen. De specialist vindt dat er te weinig goede selecteurs zijn. 'Het gevaar is dat de kwaliteit van het pootgoed daardoor kan afnemen.' Opvallend is dat slechts een klein deel van de examenkandidaten aardappelteler is. 'Door schaalvergroting in de pootgoedteelt wordt het selecteren steeds meer uitgevoerd door externen. Dat zie je ook bij deze cursus: het merendeel van de mannen is geen teler.'
'Examen viel vies tegen'
Twee mannen stappen uit het veld, het groene formulier opgerold in de hand. Het zijn Maarten de Laak en Jordi Wesselink. Ze hebben individueel de vijf rassen - Bildtstar, Spunta, Désirée, Bintje en Nicola – geselecteerd. Het formulier wordt ingeleverd bij teamleider Wijma. 'Het viel me vies tegen', laat Wesselink weten. De Laak knikt: 'Je blijft hier bij elke plant staren. Gewoon over een aardappelveld lopen en selecteren is veel makkelijker.'
Enkele dagen later valt de uitslag van het examen in de bus. Van de 28 kandidaten slaagden 26. De andere twee mogen het nog eens proberen.
Tekst: Franka Loman
Beeld: Carolien Tiernego