'Eigen compost is prachtproduct'
Houdijk stopt het stro liever in de composthoop dan dat hij het op het land laat liggen. 'Dan ontstaat er zo'n dik pak in de paden tussen de bedden. Dat gaat vervolgens een beetje rotten en trekt zuurstof weg. Ik heb er geen goed gevoel over. Het is beter om van dat massieve pakket af te zijn.'
Zes tot acht keer frezen
De teler laat zijn composthoop tijdens het composteringsproces zes tot acht keer frezen om ervoor te zorgen dat al het materiaal in de hoop een keer in de kern terechtkomt en om zuurstof in de hoop te brengen. 'In de kern wordt het ruim 60 graden en dan ben je van alle schadelijke schimmels en bacteriën af. Je moet wel oppassen dat de temperatuur niet boven de 70 graden komt, want dan gaat alles dood. Dan wordt het as.'
Houdijk is regelmatig met een lange thermometer bij zijn composthop te vinden. Wordt de hoop te warm, dan wordt de frees besteld.
Makkelijk te verwerken compost
Het eindproduct is een makkelijk te verwerken compost. 'Het heeft een mooie structuur, waardoor het makkelijk op het land is te brengen. Goede compost stinkt niet.'
Bij het bemestingseffect zet Houdijk nog wel vraagtekens. 'Alleen compost is op deze zandgronden onvoldoende om de stikstof, fosfaat en kali op peil te brengen. We moeten dus wel bijmesten met kunstmest.'
De compost zorgt wel voor voldoende organische stof in de bodem. De afbraak ligt op de zandgrondgrond op 3 procent. Bovendien wordt de structuur van de grond beter en stuift het minder.
Studieavond bodemleven
Houdijk composteert inmiddels vijf jaar. Hij bezocht ooit een studieavond over bodemleven en vruchtbaarheid en daar maakte hij kennis met het composteren. 'Daar leerden we eigenlijk anders denken. We gingen er altijd vanuit dat we met mest en kunstmest de bollen voeden, maar je voedt de bodem en die voedt de plant. Die bodem is de basis en het is ons belangrijkste productiemiddel.'
Samen met zeven andere kwekers nam hij deel aan de studieclub Duurzaam Bodemleven. Met begeleiding door DLV en composteringsdeskundigen van Compara zijn de proeven in de bollen begonnen. 'We hebben drie jaar de effecten bekeken en gezocht naar de beste manier om te composteren.'
Mestregels aangescherpt
De bollenkwekers kregen daarbij een forse financiële stok achter de deur. De mestregels werden aangescherpt en ze moesten op zoek naar alternatieven. Ook de regels voor de afvoer en verwerking van gewasresten werden scherper. 'We moesten 40 euro per ton betalen om de porrie af te voeren. Dat loopt te veel in de papieren. Composteren is een uitkomst. Je voert geen extra sto aan, want dat heb je al. Je bent ervan af. Je hoeft alleen wat stal- en of drijfmest aan te voeren voor de compostering.'
Houdijk houdt in zijn mestboekhouding voldoende ruimte over om nog kunstmest te gebruiken.
Composteren op groentebedrijven
Na de positieve ervaringen in de bollenteelt wordt in Noord-Brabant gekeken of composteren op vollegrondsgroentebedrijven ook een uitkomst is. 'In de praktijk wordt het nog niet echt gedaan'', weet DLV'er Harrie Pijnenburg. Hij begeleidt een aantal bedrijven dat deelneemt aan het project Telen met toekomst. 'In de aardbeien wordt het nu gedaan, omdat ze daar ook veel groen en stro over hebben. Compostering doodt bovendien de gevaarlijke xantomonasbacterie.'
De financiële 'stimulans' die de kwekers naar uitkomsten voor de gewasresten deed zoeken, is nu echter weggevallen doordat de regels zijn versoepeld. Het is makkelijker geworden de resten terug te brengen op het perceel. Bijkomend probleem van prei- en andere bladgroentetelers is dat de gewasresten veel water bevatten. Pijnenburg: 'Daar moet dus heel veel droge stof uit stro of houtresten tegenover staan om een goede composthoop aan te leggen. We kijken naar samenwerking met boomkwekerijen, maar in de praktijk hebben we het nog niet voor elkaar.' Bijkomend probleem is dat in gebieden waar weinig op bedrijven wordt gecomposteerd, geen frees beschikbaar is.
Pijnenburg is wel betrokken bij een proef in Zundert. Daar wordt deze samenwerking geprobeerd en er wordt gekeken of met de huidige regelgeving rendabele compostering mogelijk is.
Composteren aan regels gebonden
Alle groenafval op een hoop gooien, een berg stro erop en de frees er een paar keer door laten halen; composteren lijkt eenvoudig. Het bepalen van het juiste 'recept' voor de composthoop is echter een nauwkeurige klus. Behalve met de samenstelling moet ook nog eens rekening worden gehouden met de regels van de overheid.
Een hoop moet minstens 5 meter van de sloot liggen, 50 meter vanaf de buren of het eigen huis en van 1 november tot 1 maart moet de hoop zijn afgedekt met een doek. Percolaatwater moet worden opgevangen en eventueel teruggebracht in de hoop.
In de praktijk is dat volgens bollenkweker Paul Houdijk geen probleem. 'Composteren kost heel veel water. Ik heb geen plassen om de hoop, alleen het aanvoerpad kan een probleem zijn. Vrachtwagens drijfmest bijvoorbeeld trekken sporen.' Overigens kan de hoop ook op een absorptielaag van turf of stro of op een vloeistofdichte vloer liggen.
Er mag in de eigen hoop geen afval van andere bedrijven. Houdijk: 'Ik voer niets van andere bedrijven aan, want dan weet ik niet precies wat erin zit. Natuurlijk gaat er wel mest in, maar geen groenresten van andere bedrijven.' Overigens mag er bijvoorbeeld wel gras van buiten het bedrijf in, mits het een bewerking heeft ondergaan. In de praktijk gaan de grasrollen via een composteringsbedrijf naar de kweker. Het composteringsbedrijf trekt de rollen uit elkaar en de bewerking is een feit.
De hoop mag niet elk jaar op dezelfde plaats liggen, om te vorkomen dat de stoffen in de hoop in te hoge concentraties in de bodem komen en eventueel uitspoelen naar de sloot.
Houdijk: 'Composteren is niet zo vanzelfsprekend, je hebt er toch wel wat werk aan. Je moet die hoop regelmatig controleren en omzetten als de temperatuur te hoog is. Ook gooi ik regelmatig alle bollen die eruit rollen weer op de hoop, want ik wil wel dat alles gecomposteerd wordt. Maar composteren is altijd nog beter en goedkoper dan afvoeren.'
Volgens PPO, dat voor het project Telen met toekomst onderzoek deed, kost composteren in Noord-Holland ruim 7 euro per ton bij grootschalige aanpak. Op kleine schaal kost het circa 20 euro per ton.
Ziekteverwekkers
In het groenafval kunnen schadelijke schimmels en bacteriën zitten. In de composthoop worden de meeste virussen gedood na tien minuten 52 tot 70 graden. Bij 45 tot 55 graden gaan de meeste schimmels dood en aaltjes leggen ook het loodje bij 52 graden. Fusarium bij 60 graden. Er zijn echter virussen, zoals het tabaksmozaïekvirus en het tomatenmozaïekvirus, die hogere temperaturen vragen.
Voor meer informatie: www.telenmettoekomst/files/pdf/comp_gewr_met_inleg_vgg.pdf
Tekst: Hans van der Lee
Beeld: Dick Breddels, John Oud