Contractprijzen industriegroenten: 'Moeilijk verhaal'
Doorn in het oog
De prijzen voor conservengroenten zijn de Belgische telers een doorn in het oog, weet algemeen secretaris Guy Depraetere van het Algemeen Boerensyndicaat. Hij riep vlak voor de jaarwisseling op tot krimp van het erwtenareaal, om te zorgen dat het aanbod daalt en de prijzen weer aantrekken. 'In de erwten is het het ergst, bij de andere groenten is de situatie minder drastisch. Door het goede seizoen vorig jaar zijn de voorraden nog groot en de conservenfabrikanten kampen met een slechte verkoop. De slechte resultaten verhalen ze op de telers.'
In Frankrijk is de situatie volgens Depraetere niet veel beter. Hij heeft bij de Franse groentetelers geïnformeerd en ook daar dalen de prijzen. 'Je zou denken dat de telers daar sterker staan, omdat ze daar allemaal in coöperaties zijn verenigd, maar dat systeem werkt alleen goed als de organisatie niet te groot is. De coöperaties zijn megabedrijven geworden die daardoor lastig te besturen zijn.' Volgens Depraetere lukt het daarom onvoldoende om goed te onderhandelen over de prijs.
Mentaliteitsverschil
Dat de Belgische telers minder voor hun groenten krijgen dan de Hollandse, heeft volgens hem behalve met de lagere grondprijzen vooral te maken met een mentaliteitsverschil. 'Natuurlijk liggen de prijzen nu laag, omdat er grote voorraden zijn uit de oogst van 2009, maar het probleem met de telers in Vlaanderen is dat ze te weinig naar de kosten kijken. Ik heb de indruk dat de Nederlandse telers daar professioneler in zijn. Hier in België zijn het doorbijters, harde werkers, die ook voor weinig geld aan de slag gaan. Dat moet anders. Wij moeten hier in België net als in Nederland met de verwerkers om de tafel.' Depratere doelt op de afspraken die de industriegroentetelers in 2008 hebben gemaakt met de overkoepelende organisatie van de verwerkers Vigef (zie kader).
Te weinig gerekend
Bij het beeld dat Depraetere van de Nederlandse teler heeft, zetten teeltadviseur Henri van den Akker van DLV Plant en LTO-vakgroepvoorzitter vollegrondsgroente Jan Roefs (zie het interview elders in Akker Magazine, red.) vraagtekens. 'Er zou in Nederland best eens wat meer mogen worden gerekend', vindt Van den Akker. 'Het gaat bijvoorbeeld wel eens mis bij het berekenen van de bedrijfskosten als de telers de grond in eigen bezit hebben. Over het algemeen wordt te weinig gerekend, waardoor onduidelijk is wat de uitgaven zijn. Wat de inkomsten zijn, is in de contractteelt juist weer heel helder.'
Continuïteit versus rendement
Juist omdat de kosten niet scherp op papier staan, weegt het kostenargument minder zwaar bij het samenstellen van het bouwplan. 'De beslissing om een gewas te telen is vaker op continuïteit gebaseerd in plaats van op rendement. Omdat het afgelopen jaar erwten zijn geteeld, staan er volgend jaar weer erwten, om maar een voorbeeld te noemen. Of het past goed in de teeltwisseling.'
Telers stappen moeilijk uit de industriegroenteteelt, denkt Van den Akker. 'Ze willen er graag bij blijven en hier in het Zuidoosten wordt op gemengde bedrijven vaak nog minder naar de kosten van de akkerbouwtak gekeken. De cijfers van de varkens zijn belangrijker.' Ook de teeltadviseur heeft al van de telers gehoord dat de contractprijzen voor het komende seizoen waarschijnlijk 20 tot 25 procent lager zullen liggen. 'Dat komt pas echt aan bij de telers als de contracten op de mat liggen. Aanvankelijk wordt er niet zo kritisch naar gekeken.'
Twijfels
Akkerbouwer Jeroen Hof in Flevoland heeft 40 hectare gereserveerd voor de conserventeelt. Hij twijfelt echter.
In het verleden teelde hij altijd erwten voor HAK, maar gezien de prijsverlaging denkt hij dat hij onder de kostprijs moet telen als hij dit seizoen ook de groenten van HAK kiest. 'Het is moeilijk onderhandelen. Vorig jaar hebben we allemaal een topoogst gehaald en er liggen grote voorraden. Dat zorgt voor een grote druk op de telers.'
Hof zag de prijsdaling aankomen, want de groenteprijs gaat mee met de tarweprijs. Tarwe geldt als het alternatief voor industriegroenten, ook bij Hof. 'De kans is groot dat ik daar die 40 hectare mee invul.'
De tarweprijs is echter zo laag, dat ook dit saldo negatief uit dreigt te vallen. Hof heeft berekend dat hij maximaal een saldo van 750 tot 800 euro per hectare haalt, terwijl een gepachte hectare hem inclusief waterschapsbelasting 900 euro kost. 'Als ik er erwten op zet, haal ik misschien een saldo van 1.200 euro, maar die 300 euro die ik bovenop de kostprijs haal, is te weinig om het risico af te dekken.'
Aanvoer in gevaar
De tarweprijs lag de afgelopen twee jaar hoog, met als gevolg dat telers overschakelden op deze teelt. Hof: 'De verwerkers kregen het daar benauwd van, want dat bracht de aanvoer bij de verwerkers in gevaar. De telers hielden hun poot stijf en daardoor wisten ze er een prijsstijging van 35 procent uit te halen. Dat is een forse stap, maar aan de andere kant maakt de prijs die de telers krijgen, maar 10 procent uit van de prijs van het potje groente in het schap bij de supermarkt. De verwerkers kunnen die stijging gemakkelijk doorberekenen aan de supermarkt.'
Hof is samen met andere telers van industriegroente bezig met het vormen van een landelijke groep, die een sterke positie in moet nemen in de onderhandelingen. Hij rekent er niet op dat die groep al voor het zaaiseizoen is gevormd. 'Het kost veel tijd en het is heel moeilijk om de kikkers in de kruiwagen te houden. Dat zie je aan wat er met Coroos is gebeurd.'
Hof verwacht dan ook dat komend seizoen onder de kostprijs wordt geteeld. 'Hoe akkerbouwers dat recht rekenen? Ze hebben een windmolen die iets oplevert, een boerderijcamping of ze hebben er een baan naast, waardoor ze onder de streep toch net quitte spelen. Zo proberen ze het uit te zingen tot er weer een seizoen is met een betere prijs."
HAK met verzendhandel in zee
Groenteleverancier HAK heeft jaren met een nagenoeg vaste schare industriegroentetelers gewerkt, maar het bedrijf gooit het beleid vanaf dit jaar over een andere boeg. Om het risico in te dammen en om kosten te besparen, wil Vigef-lid HAK groenten inkopen via de verzendhandel. Inkoopmanager Adri den Dekker legt uit: 'De afwerking van de administratie kostte ons heel veel geld en dat willen we nu doelmatiger aanpakken door die taak naar de verzendhandel over te hevelen.'
Een belangrijk verschil is ook dat HAK vanaf dit seizoen contracten op basis van tonnen sluit. 'Voorheen werkten we met hectares, maar we zagen ons geconfronteerd met een hogere opbrengst per hectare. We gingen uit van zeven ton erwten en het werden er acht. Voor die extra tonnen hadden we geen plek. De zomergroenten kostten ons dus geld. We denken dat de verzendhandel daar minder problemen mee heeft, omdat die niet alleen aan HAK, maar ook aan andere partijen kan leveren.'
De verwerker weet dat de telers de lagere contractprijzen voor het komende seizoen niet zien zitten. 'We moeten terug in prijs, de industrie staat onder druk van de supermarkten. Dat geeft spanning.' HAK heeft nu echter niet meer rechtstreeks met de telers te maken, maar regelt de contracten met de verzendhandel. 'Dat wil niet zeggen dat we ook met andere telers gaan werken, wat ons betreft kunnen we nog steeds met dezelfde leveranciers werken.'
Goede voornemens Vigef
De werkgroep Industriegroenten van LTO Nederland en de overkoepelende organisatie voor groenteverwerkers Vigef kwamen in 2008 overeen dat de knelpunten tussen de telers en de industrie uit de weg zouden worden geruimd. Een speciale denktank met leden uit beide gelederen liet het LEI uitzoeken waar de knelpunten precies zitten. Er kwamen vier punten uit: de zaaizaadvoorziening; maatschappelijk verantwoordelijkheid op het gebied van bemesting, gewasbescherming en water; ketenefficiëncy; en passende teelten op het bedrijf.
De industrie is volgens het LEI vooral gericht op lage kosten en op de korte termijn, met als gevolg dat er niet meer in verbetering van de rassen wordt geïnvesteerd. De industriegroenten zijn relatief kleine teelten, waardoor toelatingen van gewasbeschermingsmiddelen een probleem zijn. Ook de lobby voor soepelere bemestingsregels is moeizaam, al zet LTO zich daar wel voor in. De keten is veel beter in te richten, waarmee een besparing van 6 miljoen euro ofwel 20 procent van de ketenkosten is te bereiken, becijferde het LEI.
Duidelijkheid nodig
Om dit voor elkaar te krijgen, is veel meer duidelijkheid nodig van telers en verwerkers. Beide groepen spraken af hier aan te gaan werken, met als doel herstel van het vertrouwen en het opzetten van een samenwerking. Nu het aanbod van industriegroenten weer hoog is, lijkt het of de industrie de goede voornemens weer laat waren. Vigef-lid HAK merkt volgens inkoopmanager Adri den Dekker weinig van de afspraken. 'Het zou wel beter zijn als we volgens die richtlijnen zouden werken.' HAK steekt echter de hand niet in eigen boezem: 'In seizoen 2007-2008 hebben we een prijsstijging van 35 procent gezien. Nu zijn we twee jaar later en is er een tegengesteld effect. Het zou beter zijn te middelen, maar dat is geen realiteit. Telers gaan toch voor de hoogste prijs. Stabiliteit zou beter zijn.'
Samenvatting
Na twee prima jaren met een prijsstijging van 35 procent en de afspraak op zak dat het tussen telers en verwerkers allemaal veel soepeler moet gaan lopen, bevinden de telers en industrie zich tijdens de contractbesprekingen weer in hun traditionele loopgraven: de telers willen minstens dezelfde prijs als het afgelopen seizoen voor hun groenten en de industrie meent dat het niet meer kan bieden dan ruim 20 procent onder de prijs van afgelopen seizoen. De industriegroentetelers trachten zich te verenigen om zo meer druk uit te kunnen oefenen op de verwerkers, maar verwacht wordt dat die eenheid er zeker dit jaar nog niet is.
Tekst: Hans van der Lee
Beeld: Ellen Meinen, Twan Wiermans