Kwaliteit staat centraal op Potato Europe

Waren twee weken eerder op de Aardappeldemodag in Westmaas vooral grote zelfrijders te zien, op het Duitse Potato Europe waren opvallend veel een- en tweerijers aan het werk. En dat bleek bij het massaal toegestroomde publiek goed aan te slaan. 'Dit zijn machines die we zelf kunnen beoordelen en ook zelf kunnen kopen', zo vatte een Duitse teler het gevoel van velen weer.

Aandachtstrekker

Een echte aandachtstrekker was het Rowadest-spoel- en reinigingssysteem van de firma KJK GmbH uit Buxtehude. Dit systeem – dat op een omgebouwde Grimme SE 75-40 was gebouwd – spoelt, borstelt en droogt de aardappelen op de rooier. Bedenker en bouwer Klaus Klintworth stelt dat de spoelunit geen problemen veroorzaakt met rot, mits de aardappelen snel worden gedroogd na het rooien. Hiervoor kan een speciale wagen met droogvloer worden ingezet (zie ook foto's).

Valhoogte zoveel mogelijk beperken

Tijdens de demonstratie werd alles in het werk gesteld om de valhoogte tijdens het lossen tot een minimum terug te brengen. Hiervoor werden onder andere (over)laadwagens met neerklapbare zijwanden (Agroliner, Grimme) en soms ook met onderlosser (Grimme) ingezet. Rooierfabrikant Underhaug liet op zijn getrokken 2700-wagenrooier zien dat het beperken van de valhoogte ook met een 3,60 meter lange elevator kan; deze reikt vrijwel tot op de boden van de kieper.

Rowadest-wassysteem

De firma KJK GmbH heeft op een Grimme-rooimachine een wassysteem (Rowadest) gebouwd. De reiniging gebeurt met water. De aardappelen komen na de twee rooimatten via een glijgoot in een bezinkbak. Deze is gevuld met water. Kluiten en stenen zinken door hun hoge gewicht snel af naar de bodem. Het bezinksel valt achter de machine via een afvoerband. Het water reinigt de aardappelen, waar de stroming van het water ervoor zorgt dat de aardappelen richting de productband gevoerd worden.
Een set met 18 borstels volgt de productband op. Op de borstelbaan krijgen de aardappelen een snelle droging door een ventilator. De borstelbaan poets de aardappelen daarbij ook handdoekdroog.
Om voldoende schoon water te hebben heeft de trekker in de fronthef een tank met 1.000 liter water. Hiermee kan de combinatie zo'n drie uur werken.
Om zeker te zijn dat de aardappelen niet gaan rotten van het vocht raadt Rowadest aan de aardappelen direct na het rooien na te drogen. Hiervoor heeft de firma samen met een teler een wagen met droogvloer ontwikkeld.

Bunkerrooiers

De RS2060 van Dewulf is nieuw. Hij rooit twee rijen aardappelen in verstek. De bunkerinhoud is circa 11 m³. De wielen zijn extra breed. Onder de rooier is een band van 1 meter breed gemonteerd, het andere wiel is ruim 80 centimeter breed. De techniek komt overeen met die van de zelfrijdende machines van het merk. Opvallend detail is het grote doorkijkrooster aan de voorkant van de bunker. Deze geeft een goed beeld op de aardappelen.
Ploeger demonstreerde zijn AR-4B bunkerrooier, maar de opvallendste vernieuwing stond langs de kant. Dit was de zelfrijdende AR-4W met een vernieuwde Claas-cabine; deze heeft meer glasoppervlakte dan zijn voorganger en kan gedeeltelijk draaien. Hierdoor heeft de chauffeur beter zicht op de elevator.

Snarenpootmachines Miedema

Miedema heeft de Structural-snarenpootmachines vernieuwd. De Structural 4000 heeft een hoger frame, een grotere bak en grotere wielen dan het voorgaande model (PM40). De aansturing is ook vernieuwd, met de HMI bedieningskast. Daarmee kun je elk element controleren en instellen. De wielen zijn fusee-gestuurd en kunnen bediend worden via rtk-gps. Op dit model heeft Miedema een korrelkunstmest-unit gemonteerd. Ook deze is te bedienen via rtk-gps. De voorraadbak kan tot 4.5 ton aardappelen meenemen. Optioneel is een aanaardframe verkrijgbaar om in één werkgang grote ruggen te maken.

Wifo-kistendraaier

Wifo heeft een alternatief voor de stationaire kistendraaier ontwikkeld. De Rotator kun je aan het vorkenbord van een heftruck monteren en kan je de kisten gewoon van de stapel pakken. Het verschil met een normale kistenkantelaar is dat de Rotator 360 graden door kan draaien. Het voorzetstuk kan hydraulisch omhoog en omlaag op de kist klemmen. Door de spijlen kunnen de afgebroken spruiten of kiemen vallen en zo voorkom je versmering. Een werkend systeem is verkrijgbaar vanaf 7.500 euro excl. btw.

Onderlossers van Grimme

Zo standaard als een kiepwagen in Nederland is, zo is de onderlosser dat in de Verenigde Staten en Canada. Daar rijden de onderlossers op het land. Grimme demonstreerde twee van deze wagens. Dit drie-assige model heeft een inhoud van 35 m³, maar kan door de opklapbare zijwanden verkleinen.

Achtrijige pootmachine

Schmidbauer Kartoffeltechnik bouwt deze kK8 achtrijige aardappelpootmachine. De marketing gaat Schmidbauer Kartoffeltechnik in samenwerking doen met WM Kartoffeltechnik. De machine die op transport 3 meter breed is en 6 meter lang kan aan beide zijde de buitenste twee elementen verdraaien. Volgens de fabrikant voldoet een trekker van 66 kW (90 pk).

Dewulf in 'het hol van de leeuw'

'We bevinden ons eigenlijk in het hol van de leeuw. En die leeuw heet Grimme', zo geeft Karel Decramer van rooierfabrikant Dewulf de verhoudingen op de beurs weer. Bezoekers melden zich massaal bij de Grimme-machines; de Nederlandse en Belgische vertegenwoordigers hebben beduidend minder om handen.
'Duitse aardappeltelers zijn groot geworden met Grimme. Bovendien zijn ze tamelijk conservatief en moet er heel wat gebeuren voordat ze overstappen op een ander merk', ervaart Decramer. Van 'zijn' merk lopen er slechts enkele in Duitsland; het marktaandeel is dus (nog) te verwaarlozen. De komende jaren verwacht hij geen grote verschuivingen. 'Ze moeten hier eerst maar eens wennen aan het idee dat er ook een andere goede rooier is', stelt de Belg.
Met de nieuwe tweerijige getrokken verstekrooier (RS 2060) probeert Dewulf zijn rooieraanbod zo compleet mogelijk te maken. 'Hoewel we rooiers in huis willen hebben voor álle Europese aardappeltelers, blijft onze basis voorlopig de Belgische en Nederlandse markt. Als onze machines het hier goed doen, sijpelt dat vanzelf door naar andere landen. Het liefst willen we groeien door te laten zien wat we kúnnen.'

Groter blijft de trend

Hoewel de focus tijdens de rooidemonstratie duidelijk op kwaliteit ligt, ziet Decramer dit niet als leidende trend. 'Grotere machines met meer capaciteit blijft de toekomst, ook al doet deze rooidemo misschien iets anders vermoeden. Dat gedoe met die overlaadwagens is vooral om eens wat anders te laten zien. Het is – zéker voor Nederland en België – veel te duur en te omslachtig. Bovendien kun je met de huidige generatie zelfrijders probleemloos meteen op grote wagen of aanhangers lossen. Om de valhoogte te beperken zijn er tal van oplossingen voorhanden. Let op mijn woorden: bij een volgende grote rooidemonstratie in Duitsland staan er gewoon weer meer grote zelfrijders aan de start.'

'Lastig om ons verhaal aan de man te brengen'

'Tja, waarom staan ze vooral bij Grimme en minder bij ons? Dat heeft toch te maken met de bekendheid van het merk en het ijzersterke imago', zegt Jos Broeders van Miedema. Hij vindt het knap lastig om Duitse telers de voordelen van 'zijn' inschuurapparatuur duidelijk te maken.
'Bij Grimme staat de techniek voorop; zij plaatsen liever een lager of tandwiel te veel dan eentje te weinig. Wij richten ons net iets meer op de aardappel: hoe komt die zo ongeschonden mogelijk in de schuur?' Met deze - enigszins gewaagde - stelling geeft Jos Broeders het verschil aan tussen beide inschuurlijn-fabrikanten. Hij benadrukt daarbij dat het om details gaat; de basis van alle machines is in grote lijnen hetzelfde.
Als voorbeeld van zo'n detail-verschil noemt hij de sensoren die bovenop de stortbunker zitten. Bij Miedema zijn dat er twee, bij Grimme één. 'Als er aan de ene kant van de bunker meer aardappelen naar boven gedraaid worden, dan registeren twee sensoren dat altijd beter dan één. De productstroom over het verdere deel van de inschuurlijn wordt daardoor beter verdeeld', stelt Broeders.
Ook vindt hij in algemene zin dat Nederlandse fabrikanten van inschuurapparatuur net iets meer kijk hebben op het totale inschuurproces, waardoor de verschillende componenten van stortbunker tot boxenvuller net iets beter op elkaar afgestemd zijn. Of de Duitse aardappeltelers door deze verschillen geïmponeerd raken is nog zeer de vraag. 'Duitse boeren zijn meer gericht op techniek dan Nederlandse boeren. Het dus best lastig om ons verhaal aan de man te brengen.'