Export stuwt prijzen consumptieaardappelen op
Rusland aan de markt
Vooral Rusland is aan de markt. De eerste pootaardappeltelers begonnen in de tweede helft van oktober met het sorteren voor Rusland, waarbij het vooral ging om de maat 50 op voor consumptie. De pootgoedtelers profiteerden ervan dat zij droog product in de schuur hadden. De meeste consumptietelers waren toen nog niet zo ver; ze konden daarvoor te laat op het land aan de slag.
'Het is deels ook een politiek verhaal', zegt Edwin Burgers van Dienstencentrum Agrarische Markt (DCA). 'Door droogte heeft Rusland een voedseltekort. Als ze daar niets aan doen, gaat de bevolking morren. Dus hebben ze afgelopen zomer al een exportstop op graan ingesteld en schuimen ze de wereld af om meer voedsel in te kopen.'
Anders dan tien jaar geleden kan Rusland goede prijzen betalen en is ook bereid om dat te doen. 'We denken dat Rusland geen hoge prijzen wil betalen. Ze hebben in het verleden veel producten gekocht voor rotprijzen, maar vorig jaar hebben ze de uien goed betaald. Ze hebben geld, onder meer dankzij olie. Het is geen 'nono-land' meer.'
Prijzen
In oktober werden aardappelen geleverd voor export voor 25 euro per 100 kilo, 45 millimeter opwaarts, gesorteerd, droog en franco op de kade. 'De kosten van transport, sorteren en verpakken zijn 7 tot 8 euro. De inkoopprijs is dus 17 euro', rekent Burgers voor. 'Voor de dagmarkt afland betekent dat een prijs van 13 tot 15 euro per 100 kilo. In november ligt de prijs dan wellicht rond 18 euro, droog uit de schuur.'
Dat betekent dat de frietindustrie ook die prijzen moet bieden om hun frietlijnen te vullen. In oktober waren ze nauwelijks actief op de markt. Het is een kwestie van tijd voordat vanuit die hoek ook vraag komt.
26 Miljoen ton aardappelen
Het productvolume in de vijf producerende landen in Noordwest-Europa is kleiner dan het langjarig gemiddelde. De verwachting is dat de gezamenlijke oogst dit jaar uitkomt op circa 26 miljoen ton consumptie- en pootaardappelen. 'Dat is vergelijkbaar met de jaren 2003 en 2006 en dat waren dure jaren', zegt Burgers. 'Dit jaar wordt het krap. Zeker omdat nog niet alles is gerooid en niet alle partijen geschikt zijn voor de frietpan vanwege de kwaliteit.'
Het volume consumptieaardappelen in Nederland is ook kleiner dan het langjarige gemiddelde. In de laatste tien dagen van oktober moest nog veel worden gerooid en de weersvooruitzichten waren slecht. 'Niet alle aardappelen worden dit jaar gerooid', voorspelde Martin de Visser van APF Holland. Op 18 oktober inventariseerde hij welk areaal van APF Holland, dat hoofdzakelijk in Flevoland wordt geteeld, nog in de grond zat. Dat was 20 procent. 'De vraag is hoeveel er echt blijft zitten. Is dat 1 tot 2 procent of is het 15 procent? Zolang het niet vriest, is daarover nog geen zekerheid.'
Kwart nog in de grond
In het Zuidwesten was half oktober een kwart van de percelen nog niet gerooid, schat Meeuw de Bruijne van Verenigde Telers Akkerbouw (VTA). 'Vooral grote telers en loonwerkers moeten nog volop aan de slag. Eén ding is zeker: dit jaar wordt in november nog gerooid. Ook zijn er al percelen afgeschreven. Op percelen die wel zijn gerooid, zijn hoekjes en stukjes blijven zitten.'
Ook in de omringende landen is nog niet alles gerooid. In Frankrijk en Duitsland is 5 procent nog in de grond, in België moet volgens Guy Depraetere van Algemeen Boerensyndicaat op verschillende plaatsen nog 20 procent worden gerooid.
Belgen rooien meer
Daar komt bij dat de opbrengsten tegenvallen. Van de vijf landen van de North-Western European Potato Growers (NEPG) heeft alleen België een 2 procent hogere opbrengst dan in 2009, meldt Victor Phaff. 'Maar dat komt vooral doordat het Belgische areaal dit jaar 9,2 procent groter was. In Duitsland, Frankrijk, Groot-Brittannië en Nederland ligt de oogst dit jaar 5 tot 10 procent onder het vijfjarig gemiddelde, als we ervan uitgaan dat de percelen nog worden geoogst.'
Kwaliteit minder
Ook de kwaliteit blijft achter. VTA noemde in de inventarisatie van september 2 procent drijvers en 2,5 procent natrot en phytophthora. 'Dat zou nu best hoger kunnen zijn', zegt De Bruijne. Op individueel niveau zijn de problemen met rot veel groter, geeft De Visser aan. 'In het midden van het land hebben we meer neerslag gehad dan in het Zuidwesten. Hier hebben we enkele percelen met 30 tot 40 procent phytophthora. Er zijn ook telers die nog wel oogsten, maar slechts 20 tot 25 ton van een perceel halen en daar zit dan nog rot in. Ook de telers die een redelijke kwaliteit oogsten, rooien minder kilo's dan voorheen.'
Stemming positief
Ondanks de problemen is de stemming over het algemeen positief. Dat blijkt ook uit de prijzen op de termijnmarkt. De contracten op april noteerden in oktober boven 25 euro per 100 kilo. De Bruijne: 'Ik heb al iemand horen zeggen: 'Als het dit jaar geen goed aardappeljaar wordt, dan kunnen we er wel mee stoppen; dan gebeurt het nooit meer.' Dit jaar accepteert de afnemer alles wat op een aardappel lijkt. Als er dan wat drijvers of rotte knollen inzitten, dan is dat maar zo.'
Ook Phaff is positief. 'Telers die alles vrij hebben, gaan dit jaar scoren. Zit je in een pool, dan zijn de vooruitzichten ook redelijk goed. Maar vergeet niet dat 70 procent van de oogst is gecontracteerd. Stel dat je 9 tot 9,5 euro krijgt en je kunt door de lage opbrengst geen aardappelen boven de gecontracteerde hoeveelheid leveren, dan kun je er volgend jaar geen trekker van kopen.'
Burgers is voorzichtiger. 'Bij de voorspelde productie komt het heel krap, zeker als een paar procent van de oogst blijft zitten of een procent niet geschikt is voor de friet. Aan de andere kant, 'men' verwacht dat de exportvraag dit jaar groot blijft. Dat is afwachten. We moeten niet de hele markt ophangen aan de Russische vraag. Opvallend is wel dat de marktsituatie dit jaar heel duidelijk is vertaald in het prijsverloop.'
Verraderlijk
Wat zorgen baart, is de kwaliteit van de aardappelen in de bewaring. Die blijkt hier en daar tegen te vallen. Het inschuren van een goed product, op het oog vrij van phytophthora en natrot, blijkt dit jaar beslist geen garantie. Meeuw de Bruijne heeft het ook zelf ondervonden. 'Ik heb een goede partij ingeschuurd, maar na tien dagen bleek het toch niet pluis. Daar ben ik van geschrokken.' De situatie was wellicht ongunstig, zegt hij. Het was koud, vochtig weer. En de meeste telers hadden de aandacht wellicht nog grotendeels bij het rooien. 'We weten dat de huidige rassen gevoeliger zijn en meer aandacht vragen dan Bintje. Dat geldt zeker dit jaar', zegt De Bruijne.
Tekst: Harma Drenth
Beeld: Susan Rexwinkel