‘De zetmeelaardappelen zijn iets te klein’
Schoon maar klein
Onder droge weersomstandigheden komen de aardappelen mooi schoon uit de grond. Toch zijn ze klein en Koopman zal de 45 ton per hectare die hij jaarlijks oogst, niet halen. De opbrengst van dit perceel lijkt nog mee te vallen.
Een week eerder liet Koopman een ander perceel Seresta's rooien. 'De opbrengst daarvan lag op 36 ton per hectare met een onderwatergewicht van 481 gram. Zo te zien komen hier meer aardappelen vanaf en zit de opbrengst eerder op 40 ton per hectare.'
Het opbrengstverschil is verklaarbaar door de verschillende pootdata. De pootaardappelen van dit perceel gingen rond 26 maart de grond in, het andere perceel werd twee weken later gepoot.
Groei loopt achter
et droge en vooral hete weer in juli bracht stilstand in de groei, vertelt de akkerbouwer en tevens melkveehouder. 'Eind juli lag het loof plat op de grond. Dat heeft opbrengst gekost. Aan het gewas is te zien dat de groei tien tot veertien dagen achterloopt.'
De achterblijvende groei brengt opbrengstderving met zich mee. 'Ik heb gehoord dat het 5 ton kan schelen.'
Koopman wijst naar een strook aan de zijkant van het perceel, waar het afstervende loof enigszins geel en bruin is verkleurd. 'Zo ziet het loof er andere jaren uit tijdens het rooien. Aan de groene kleur in de rest van het veld is te zien dat de groei er nog volop in zit.'
Toch rooien
Omdat het Koopmans beurt is om te leveren bij Avebe, moeten de aardappelen toch worden gerooid. Als hij de leverafspraak niet nakomt, moeten de Seresta's tot de laatste weken van de campagne blijven wachten. Dat geeft bewaarverliezen. In verband met de vroege levering krijgt Koopman 2,40 euro extra betaald voor voormalers. 'Dat dekt de groeiverliezen niet. Dit jaar helemaal niet, maar andere jaren ook niet.'
Door de achterblijvende groei is de teelt van voormalers dit jaar financieel onaantrekkelijk. Toch bevalt de teelt Koopman goed. 'Door de aardappelen direct af te leveren, hebben we er geen werk meer aan. Als de koeien weer op stal staan, hebben we genoeg te doen. Bovendien zaai ik vaak graszaad op het land waar de voormalers zijn gerooid. Dat kan dan nog mooi.'
Veel kleine aardappelen
De gestorte aardappelen zijn klein. Koopman houdt een aardappel met een doorsnee van zo'n 7 centimeter tussen duim en wijsvingers. Dat is hij niet gewend van zijn voormalers. Normaal gesproken vult een vroege zetmeelaardappel zijn hele hand. 'Een flinke vuistgrootte is een maat die wij gewend zijn.'
De aardappelen zijn zo klein gebleven omdat er veel aardappelen aan één plant zijn gegroeid. Er is veel tal en dat is een typisch aardappelbeeld van dit seizoen. Koopman stapt van zijn trekker om te laten zien hoeveel aardappelen er aan een stam zitten. Twintig stuks, telt hij. „Andere jaren zijn dat er zo'n vijftien. Ik heb liever wat minder aardappelen aan één plant die dikker worden. Dan groeien er in totaal meer kilo's aan.'
Doorwas
Een ander aspect dat dit jaar een rol speelt is doorwas. Zowel bij de Seresta's van Koopman als bij de aardappelen van het ras Aveka en Festien komt doorwas voor. Onder enkele aardappelplanten zijn kiemen aan de nieuwe aardappelen gegroeid met kleine knolletjes. De hitte van juli doorbrak de kiemrust. Koopman verwachtte met de vorming van doorwas een lager zetmeelgehalte te krijgen doordat de secundaire aardappelen de primaire aardappelen leeg kunnen zuigen. Toch valt het onderwatergewicht van 481 gram mee.
Een nadeel is dat de te kleine aardappelen worden uitgezeefd door de mat van de rooimachine. Op het gerooide land zijn de krieltjes overal te vinden. Het is allemaal gemiste opbrengst. De droge omstandigheden van het afgelopen groeiseizoen zorgden wel voor een lage infectiedruk van aardappelziekten. Hierdoor kon Koopmans vier keer spuiten besparen.
Dit scheelde in totaal 100 euro. Het is een kleine verzachting van de financiële pijn, want de opbrengstderving brengt een grotere financiële schade met zich mee. Net als vorig jaar krijgt de teler voor een ton voormalers met een onderwatergewicht van 481 gram zo'n 49,50 euro uitbetaald.
Aardappelvriendelijk rooien
Over de nieuwe Grimme-rooier van het type SE 150-60 is Koopman goed te spreken. Een verstekrooier had loonwerker Wiechertjes al. 'Kijk...' De teler pakt een half doorgesneden aardappel van de bult af. 'Zulke aardappelen zien we niet vaak. Het scheelt nogal dat de trekker langs de rijen rijdt. Wij leveren altijd kwaliteitsvrachten waarvoor we een toeslag ontvangen. Loonwerkers moeten daarom goed materiaal hebben.'
Het materieel waar vandaag mee wordt gerooid, is nieuw. 'Dit type is dit jaar voor het eerst gemaakt', vertelt trekkerbestuurder Roland Kruit. 'In totaal zijn er vijftien van gemaakt waarvan er twee in Nederland rijden.'
Tijdens de koffiepauze wijst Kruit de nieuwe snufjes van de machine aan: 'In plaats van twee zitten hier drie egelbanden op. Zodoende valt er extra rommel, zoals kluiten en stengels, op de grond. Ook de bunker is nieuw, de afvoerband kan tot diep in de kiepwagen buigen.'
Bedrijfsgegevens
Bareld Koopman heeft samen met zijn zoon Bertrik een maatschap.
Veehouderij: 60 Holstein koeien plus jongvee.
Akkerbouw: tarwe (10 ha) en 3 zetmeelaardappelrassen (25 ha).
Tekst: Franka Loman
Beeld: Geert Marissen