'Loskoppeling inkomenssteun is roven van compensatie'
Systeem vereenvoudigen
Sinds 2006 zijn de inkomenstoeslagen deels ontkoppeld van productie en areaal. Dat is succesvol, volgens eurocommissaris Mariann Fischer Boel, omdat het heeft geleid tot meer marktwerking. Nu wil Fischer Boel het systeem vereenvoudigen en de cross complience, de voorwaarden die aan de toeslagen worden gesteld, specifieker toepassen. Dat maakte ze in november vorig jaar bekend, bij de mededeling over de Health Check, de evaluatie van het GLB. Deze winter konden alle lidstaten hun visie op het GLB geven. De planning is dat op basis van deze evaluatie eind mei het nieuwe beleid is omgezet in wetgeving.
Kiezen voor tweede pijler, plattelandsontwikkeling
De commissaris heeft ook meegedeeld dat ze nadrukkelijk voor de zogeheten tweede pijler kiest. De EU-bijdragen voor het markt- en prijsbeleid, de eerste pijler, worden afgeroomd om daarmee de tweede pijler, de plattelandsontwikkeling, te stimuleren. Deze zogeheten modulatie wil Fischer Boel voor de periode tot 2013 verhogen van 5 naar 13 procent. Na 2013 volgt dan de flat rate, een basisbedrag per hectare, dus volledig losgekoppeld van productie en arealen. Dat basisbedrag wordt dan gekoppeld aan publieke diensten.
Henk Diepenhorst van het ministerie van LNV waarschuwt dat de waarde van de bedrijfstoeslagregeling dan misschien is gehalveerd.
Maatschappelijke doelen
Het Nederlandse kabinet is het grotendeels eens met het voorgestelde beleid tot 2013. Het grootste verschil van inzicht zit bij de modulatie. Het kabinet wil de inkomensondersteuning in de eerste pijler niet afromen om dat geld vervolgens over te hevelen naar de plattelandsontwikkelingsplannen (POP), maar die ondersteuning uit de eerste pijler koppelen aan maatschappelijke doelen, zoals beheer van het landschap. Het kabinet verwacht dat dit effectiever is. Het is ook goedkoper, want de steun uit de eerste pijler komt volledig uit de EU-begroting en voor de tweede pijler is co-financiering van de lidstaten vereist.
EU-landbouwcomité ook tegen modulatie
Ook het EU-landbouwcomité is tegen modulatie en wil de bedragen uit de eerste pijler tot 2013 op hetzelfde niveau houden. Het comité acht de directe steun van vitaal belang als gegarandeerd basisinkomen en ziet het ook als compensatie voor de hoge Europese eisen aan de zekerheid van voedselproductie, voedselveiligheid en milieu.
Geld flexibeler besteden
Als er dan toch modulatie komt, en die kans is groot, dan wil het kabinet dat het afgeroomde deel van de bedragen uit de eerste pijler in die lidstaten blijft waar de inkomenssteun naartoe gaat en dat het geld flexibeler kan worden besteed. Het kabinet wil de flat rate aanvullen met toeslagen naar regio en functie. Ook pleit het kabinet voor een afbouw in de steun voor bedrijven die meer dan 100.000 euro krijgen.
Kostendekkende prijs
De NAV wil een kostendekkende prijs voor de producten; het inkomen van de akkerbouwer moet uit de markt komen en niet uit inkomenstoeslagen. De NAV is niet tegen ingrijpen in de markt.
'Het is gevaarlijk om dat laatste beetje importheffing en interventie af te schaffen Bij een lage graanprijs kunnen landen met een inefficiënte productie, zoals Roemenië en Rusland, niet investeren in de graanteelt omdat ze niets verdienen', zegt De Koeijer. 'Bij een hoger prijsniveau investeert Europa in de eigen graanteelt en ook de eiwitteelt. De importen van graan en soja gaan dan omlaag; dat is goed voor het milieu en voor de graanoverschotten. Bovendien, als Europa haar hele productiecapaciteit benut, is er ook voldoende areaal om energiegewassen te telen.'
Compensatie
Het omzetten van toeslagen op basis van historische rechten naar een vaste basistoeslag per hectare, aangevuld naar regio en functie, viel vooral in Westerbork niet goed. Door het geringe aandeel gewassen voor de vrije markt zijn de bedrijven relatief sterk afhankelijk van de toeslagen in het gemeenschappelijk landbouwbeleid.
'Het losmaken van de steun van historische rechten is niet eerlijk', aldus een van de akkerbouwers. 'Ik voel me beroofd. De Europese steun was compensatie voor de doorgevoerde prijsverlaging. Het landbouwbeleid kost misschien veel geld, maar we zorgen voor een goedkoop en veilig voedselpakket en creëren met onze sector veel werkgelegenheid.'
Tekst: Harma Drenth