Ziek maar niet verzekerd. Probleem!

Een aov is een oplossing ter voorkoming van inkomensverlies bij langdurige arbeidsongeschiktheid en/of om een bedrijfsverzorger of zzp'er te betalen. Een aov geeft recht op een vooraf zelf te bepalen maandelijkse uitkering bij arbeidsongeschiktheid. Keerzijde is de hoge premie.
Helft onverzekerd
Uit een recent onderzoek van LEI Wageningen, in opdracht van LNV, blijkt dat circa 3 procent van de agrarische ondernemers arbeidsongeschikt wordt. Dit percentage ligt aanzienlijk hoger dan bij ondernemers in het midden- en kleinbedrijf, waar 1,1 procent met arbeidsongeschiktheid wordt geconfronteerd. Ruim de helft (52 procent) van het aantal boeren heeft een aov.
Aov duur
Bijna alle agrarische ondernemers (89 procent) vinden een aov duur. In 2009 betaalde een boer gemiddeld 3.700 euro premie voor deze verzekering. De hoge premie is de belangrijkste reden zich niet te verzekeren. Van de niet-verzekerde boeren zegt de helft voldoende vermogen achter de hand te hebben om in het dagelijkse levensonderhoud te voorzien bij arbeidsongeschiktheid. Andere redenen om niet te verzekeren zijn: te weinig winst om de premie te kunnen betalen, geen acceptatie op medische gronden of een klein geachte kans op arbeidsongeschiktheid.
Bewustwording
Vooral jonge onverzekerde akkerbouwers moeten zich meer bewust worden van de risico's die ze lopen. 'Vaak wordt pas aan verzekeren gedacht op het moment dat men de gevolgen van arbeidsongeschiktheid aan den lijve heeft ondervonden', aldus LEI-onderzoeker Harold van de Meulen die dit onderzoek naar arbeidsongeschiktheid in de agrarische sector uitvoerde.
In een toelichting op het onderzoek wijst Van de Meulen op de fiscale aftrekbaarheid van premie voor de arbeidsongeschiktheidsverzekering. Akkerbouwers die niet zijn verzekerd, omdat zij de premie niet kunnen opbrengen, hebben niets aan deze fiscale stimulans en zullen naar andere oplossingen moeten zoeken. Een kritische blik op de uitgaven en het benadrukken van de kans op arbeidsongeschiktheid kunnen ervoor zorgen dat er financiële ruimte wordt gevonden om de premie te betalen.
Problemen voorkomen
Voorkomen is beter dan genezen. Dat gaat zeker op bij het voorkomen van arbeidsongeschiktheid. Uit een inventarisatie door WUR blijkt dat in de agrarische sector vooral lage-rugklachten veel voorkomen en, vergeleken met andere typen klachten, veel verzuim veroorzaken. De kans op lage-rugklachten is te verkleinen door aanpassing van werkmethoden.
Het comfort op de hedendaagse trekkers is niet te vergelijken met die van twintig jaar geleden. Desondanks is het zaak steeds aandacht te besteden aan de vering en de zitting. Met een trekker werkt u vaak onder extreme omstandigheden. Trillingen en stoten zijn voelbaar in uw hele lichaam, maar vooral in uw rug, knieën en benen. Omdat de werkzaamheden doorgaans seizoensgebonden zijn, is er geen sprake van gewenning. Iedere keer als u in uw voertuig stapt, ervaart u het eventuele slechte comfort opnieuw. Een op uw lichaam meer aangepaste trekkerstoel kan lichamelijke klachten voorkomen.
Risicovol beroep
De hoofdredenen van ziekteverzuim met een duur van maximaal één jaar zijn in de agrarische sector: letsels als gevolg van ongevallen (32 procent), rugaandoeningen (22 procent) en aandoeningen van de nek, schouder en bovenste ledematen (8 procent). Een akkerbouwer heeft in de ogen van een verzekeraar een relatief risicovol beroep. Ze houden daar rekening mee bij de hoogte van de aov-premie.
Die premie kan het dubbele zijn in vergelijking met bijvoorbeeld een zelfstandig administrateur. Dat blijkt uit twee opgevraagde premieoffertes bij verzekeringsmaatschappij Ohra. Zo is een 48-jarige akkerbouwer die tot en met zijn 60ste levensjaar een inkomen van 35.000 euro wil verzekeren met 30 wachtdagen en een uitkering bij 80 procent arbeidsongeschiktheid jaarlijks 4.131 euro aan premie kwijt. De administrateur betaalt onder dezelfde condities 'slechts' 2.228 euro.
Premieverschillen
De hoge premie is het grootste struikelblok voor boeren om een aov af te sluiten. Het (opnieuw) vergelijken van diverse offertes kan resulteren in een aanzienlijke besparing op de jaarpremie. U hoeft niet uw tussenpersoon te bellen voor een offerte. Een gemakkelijke en interessante optie zijn de websites van de verzekeringsmaatschappijen waar u online een offerte kunt krijgen. Sommige 'onafhankelijke' sites (bijvoorbeeld www.datishetverschil.nl) vergelijken op basis van uw gegevens gelijktijdig de premie bij een reeks vooraanstaande maatschappijen.
Onderzoek leert dat u zo aanzienlijk op de premie kunt besparen. Als u via deze weg de aov afsluit, kunt u de provisie van uw tussenpersoon in uw zak steken. Die is normaliter tussen de 17,5 en 20 procent. Dit scheelt u maandelijks circa 60 euro en op jaarbasis 720 euro.
Bedrijfsverzorgingsdienst
Een veel gebruikte en bekende mogelijkheid in de agrarische sector om ziekte of arbeidsongeschiktheid te overbruggen, is het lidmaatschap van een bedrijfsverzorgingsdienst. Bij ziekte, arbeidsongeschiktheid, vakantie of arbeidspieken kan een lid een beroep doen op een ervaren arbeidskracht die helpt of de bedrijfsactiviteiten overneemt.
Laag percentage akkerbouwers
Volgens Jack Janssen, directeur van het circa 1.200 leden tellende, AB Limburg, is het percentage aangesloten akkerbouwers bij de bedrijfsverzorgingsdiensten lager in vergelijking met collega's uit de melkvee- en varkenssector. Jack Janssen:'In ons eigen werkgebied schat ik dat één op de drie akkerbouwers is aangesloten. Enerzijds is bij akkerbouwers vaker sprake van nevenbedrijven. Anderzijds werken veel akkerbouwers onderling samen en rekenen er bij ziekte op dat collega's het werk overnemen. Wel zie ik dat de meeste grote akkerbedrijven zijn aangesloten. Dit doen ze ook om tijdens piekperioden een beroep te kunnen doen op vakbekwaam personeel.'
Premie
De premie die u aan de bedrijfsverzorgingsdienst betaalt, is afhankelijk van het aantal gewenste uren op weekdagen en/of in het weekend en het te betalen uurtarief. Zo schommelt de jaarpremie bij AB Oost tussen 270 en ruim 1.900 euro. De gereduceerde uurtarieven die AB Oost hanteert, variëren van 5,25 euro tot 18,50 euro. Wil iemand in aanmerking komen voor het laagste uurtarief als hij de hulp van de bedrijfsverzorger inroept, dan betaalt hij een hogere premie en de akkerbouwer die 18,50 euro per uur wenst af te rekenen, de laagste premie.
Geen risico lopen
Akkerbouwers die geen risico willen lopen op het gebied van inkomen en bedrijfscontinuïteit sluiten naast hun lidmaatschap van een bedrijfsverzorgingsdienst ook een aov af. 'In de praktijk constateren we regelmatig dat de aov's van de diverse verzekeringsmaatschappijen niet aansluiten bij de behoefte van de boer', aldus Bert de Lange van AB Oost. 'Dit was aanleiding om voor onze leden de Agro-AOV te ontwikkelen die we sinds eind 2009 aanbieden.'
Agro-AOV
'Deze polis kenmerkt zich door betere en op de boer afgestemde voorwaarden, een lagere premie en aansluiting op onze ziektehulpregeling. Zo is ons lid verzekerd dat de continuïteit in bedrijfsvoering volledig is geregeld en dat tegen een scherpe premie. Verder kent de Agro-AOV geen inkomenstoets bij schade. Verzekert een akkerbouwer zich voor 25.000 euro dan blijft dat bedrag het uitgangspunt, ook al heeft hij tegenvallende bedrijfsresultaten', vat Bert de Lange samen. Andere bedrijfsverzorgingsdiensten bieden deze mogelijkheid voor hun leden nog niet.