Samenwerking agrofood-bedrijven geeft impuls aan biobased economy
Avebe en Cosun
'Enkele jaren geleden zijn we met een aantal bedrijven gaan kijken hoe we meer waarde kunnen halen uit onder meer zetmeelaardappelen, suikerbieten, granen en melk', zegt Eisse Luitjens, hoofd van de afdeling ontwikkeling en innovatie van de Investerings- en Ontwikkelingsmaatschappij Noord-Nederland (NOM). 'We spraken ook over hoe we meer waarde uit onze neven- en reststromen zouden kunnen halen. Tot onze verrassing bleek, dat wat voor de één afval is, voor de ander een waardevolle grondstof is. Zo bevatten de reststromen van zetmeelbedrijf Avebe en suikerfabrikant Cosun bijvoorbeeld vezels, die onder andere kartonproducenten als Eska Graphic Board en Smurfit Kappa Solid Board waarschijnlijk als grondstof kunnen gebruiken. Door over grenzen van hun sector heen samen te werken kunnen bedrijven dus meer waardevolle componenten uit hun grondstoffen halen, houden ze minder afval over en besparen ze energie.'
Chemiesector
Rabbinge: 'Onder de DBC-vlag werken nu een groot aantal bedrijven en universiteiten samen binnen een reeks proefprojecten. Zo heeft Cosun een pilotplant gebouwd voor valorisatie van reststromen van suikerbieten en haalt de papierindustrie waardevolle chemicaliën uit proceswater, geïnspireerd door Avebe-dochter Solanic die al hoogwaardige eiwitten isoleert uit proceswater van aardappelzetmeelproductie.'
Ook de chemische industrie zit niet stil. Zij wil haar productie en energiegebruik in 2030 voor minimaal 25 procent baseren op groene grondstoffen. Rabbinge: 'Vanuit DBC zijn we het gesprek met de chemiesector aangegaan. Dit heeft geleid tot een gezamenlijke visie en het definiëren van gezamenlijke interessegebieden.'
Reactiestappen
'De chemiebedrijven zijn gewend om vanuit aardolieproducten eerst af te breken tot eenvoudige chemische bouwstenen en van daaruit stap voor stap chemische verbindingen met ingewikkelde structuren te maken', vervolgt hij. 'Elke reactiestap vergt energie, waardoor het maken van een hoogwaardig eindproduct zoals bijvoorbeeld verf uiteindelijk veel energie kost. Planten en micro-organismen leveren al van nature hoogwaardige verbindingen, zoals suikers, aminozuren en steroïden. Als je die isoleert, ben je nog maar een paar stappen verwijderd van het gewenste eindproduct. Zo sla je een groot aantal reactiestappen over. Dat scheelt veel energie en CO2-uitstoot. Bij bioraffinage gaat het dus vooral om slimme scheidingstechnieken en minder om syntheses.'
Zijn deze initiatieven genoeg om de zogenoemde Biobased Economy van de grond te trekken? 'Dit is nog maar het begin. Er volgt nog veel meer', aldus Rabbinge.