NVWA vindt tweede bruinrotbesmetting op Brabants pootgoedbedrijf
Beide besmettingen zijn van dezelfde partij die is verdeeld over twee NAK-percelen. De vondst is gedaan tijdens het traceringsonderzoek op het bedrijf.
Overwaaiend water
Het NVWA-onderzoek heeft geen aantoonbare bron voor de besmettingen opgeleverd. Een naastgelegen perceel (met een ander gewas dan aardappelen) is twee keer beregend geweest met oppervlaktewater. Overwaaiend water is volgens de NVWA de meest waarschijnlijke oorzaak van de besmetting.
In het gebied geldt geen beregeningsverbod met oppervlaktewater en ook de monsterpunten in het oppervlaktewater in het omliggende gebied waren in de afgelopen jaren vrij van bruinrot. „Schijnbaar is er toch een (tijdelijke) bron van bruinrot die we nog niet hebben gevonden", aldus de NVWA.
Geen betrouwbare informatie
De NAK voert in opdracht van de NVWA jaarlijks een survey uit waarbij het oppervlaktewater wordt onderzocht op de aanwezigheid van de bruinrotbacterie. De afgelopen drie jaar zijn in de omgeving van de vondst geen monsters genomen uit het oppervlaktewater. Dat betekent dat er geen betrouwbare informatie is over de aanwezigheid van de bruinrotbacterie in het oppervlaktewater beschikbaar, geeft de NVWA aan.
Dit toont opnieuw aan hoe gevaarlijk het gebruik van oppervlaktewater in de aardappelteelt is, zelfs als het water vrij is bevonden van de bacterie. „Bemonsteringen van oppervlaktewater zijn momentopnames en het wel of niet aantonen van een besmetting met de bruinrotbacterie is van meerder factoren afhankelijk. Denk daarbij aan de temperatuur van het water, de aanwezigheid van bitterzoet en veel of juist weinig regenval in de periode voorafgaande aan de bemonstering. Waterschappen kunnen besluiten op tijdelijk stroomrichtingen aan te passen en/of water uit andere herkomsten binnen te laten in een teeltgebied", voegt de NVWA daar aan toe.
Eerste twee besmettingen van teeltseizoen 2023
De NVWA maakte vorige week bekend dat er twee gevallen van bruinrot waren vastgesteld. Deze besmettingen waren gevonden in de provincies Groningen en Noord-Brabant. Dit waren de eerste twee besmettingen van dit teeltseizoen. In beide gevallen (en daarmee ook in deze nieuwe, tweede vondst op het bedrijf in Brabant) gaat het om de pootgoedklasse PB3 die in 2023 voor het eerst aan de verplichte toetsing zijn onderworpen.