Hygiëneprotocol voor aanpak ringrot
Het nieuwe protocol omvat zes delen: handelaar, transportbedrijf, ontsmettingsbedrijf voor transportmiddelen, centraal verwerkingsbedrijf, pootgoedteler en retourpartijen pootgoed. Belangrijk element voor alle schakels in de pootaardappelketen is dat bedrijven werken met partijen die zich houden aan het protocol.
Snijden verboden
Pootaardappeltelers mogen geen pootaardappelen voor de pootgoedteelt snijden. Een pootaardappelteler dient bovendien samenwerking met andere telers te vermijden. Uitzondering hierop is het samenwerken met één of enkele telers in een vast samenwerkingsverband. Voor samenwerking buiten dit verband geldt dat machines en kisten gereinigd en ontsmet moeten worden. Opslaan van aardappelen van derden is toegestaan als dit gebeurt in de kisten van de betreffende derde. In het protocol is tenslotte het voorschrift opgenomen dat kisten van de pootaardappelteler het bedrijf niet mogen verlaten.
Voor handelaren is onder meer het voorschrift opgenomen om pootaardappelen bestemd voor de pootaardappelteelt, te verkopen in nieuwe, éénmalige big bags of zakken. Overige kwaliteitsklassen mogen los vervoerd worden door erkende transportbedrijven.
NAO-tierip
Transportbedrijven dienen hun transportmiddelen voor los vervoer van pootaardappelen, te laten reinigen bij NAO-erkende ontsmettingsbedrijven (zie www.nao.nl). Transporteurs mogen met gereinigde en ontsmette transportmiddelen ten hoogste gedurende een week pootaardappelen vervoeren. Voor de pootgoedteler waar de transporteur pootaardappelen ophaalt, is een gereinigde en ontsmette onderlosser herkenbaar aan de NAO-tierip. Hierop staat een geldigheidsdatum voor de reiniging en ontsmetting. Alleen de NAO-erkende ontsmettingsbedrijven mogen deze tierip aan het transportmiddel bevestigen.
Bedrijven die voor derden pootaardappelen sorteren en/of opslaan moeten voldoen aan de eisen van het centraal verwerkingsbedrijf. Belangrijk voorschrift voor deze bedrijven is het scheiden van stromen NAK-gecertificeerde pootaardappelen en overige aardappelen. Onder overige aardappelen vallen consumptieaardappelen, en ATR- en TBM-pootgoed. Na het verwerken van overige aardappelen dienen de installaties, te worden gereinigd en ontsmet, voordat pootaardappelen verwerkt mogen worden. Aan bedrijven die pootgoed snijden ten behoeve van de consumptieaardappelteelt worden zeer strikte eisen gesteld.
Ondertekenaars
De ondertekenaars van het protocol zijn de leden van de Werkgroep Herziening Hygiëneprotocol Ringrot van de Pootaardappel Contact Commissie (PCC). De PCC is een samenwerkingsverband van de NAO en de LTO Werkgroep Pootaardappelen.
De werkgroep omvat naast vertegenwoordigers van de NAO en de LTO Werkgroep Pootaardappelen, vertegenwoordigers van de Nederlandse Akkerbouw Vakbond, handelsbedrijven, transporteurs, wasplaatsen voor transportmiddelen en centrale verwerkers. De NAK, NVWA en het Productschap Akkerbouw hebben in de werkgroep een belangrijke adviserende rol.
Meer ringrot