Een mooie toekomst voor de boon
Afgelopen jaar is de producentenvereniging van eiwittelers Eiwitboeren van Nederland opgericht. De vereniging zet zich in voor een betere vermarkting van peulvruchten en het realiseren van een betere prijs voor het eindproduct. Met een betere vermarkting én betere prijs krijgt de teelt en de keten een impuls. De focus van de vereniging ligt daarbij volgens Janknegt op productie voor de foodketen. Samenwerking met veehouders ziet hij wel als een belangrijk onderdeel voor een goed verdienmodel voor de veldbonen.
Restproducten als veevoer
“Food en feed zijn complementair aan elkaar”, aldus Janknegt. “Niet alle bonen zijn van voldoende kwaliteit voor verwerking in humane voeding. Wat nu naar de fabriek gaat is voor 60% geschikt voor extractie. Als dat percentage stijgt naar 80%, wordt de verwerking rendabeler.” De scheiding food-feed zou mogelijk al kunnen plaatsvinden op het boerenerf, legt Janknegt uit. “Met de eiwitrijke ‘restbonen’ en restproducten uit het verwerkingsproces kunnen veehouders het rantsoen aanvullen. Nu vindt de scheiding nog in het buitenland plaats, hierdoor is de beschikbaarheid van de restproducten voor veehouders beperkter.”
Andere rassen
Naast akkerbouwers zijn er ook veehouders lid van de jonge vereniging, vertelt de voorzitter. Deze veehouders kunnen volgens hem wellicht in de toekomst ook veldbonen voor de foodketen gaan leveren. Daar zijn dan wel andere rassen voor nodig, legt hij uit. “Deze rassen bevatten minder bitterstoffen (tannines). De reststromen kunnen wel weer aan het vee gevoerd worden. Dat gaat echt gebeuren”, voorspelt de voorzitter. “Het gewas bindt stikstof, is goed voor de bodem en de biodiversiteit. Wat dat betreft staan alle seinen op groen.”
Elkaar inspireren
Dit jaar was een uitdagend jaar voor de veldboontelers. Maar het is belangrijk om het rendement en succes over meerdere jaren te bekijken, aldus de voorzitter van de vereniging. “Je hebt minimaal drie jaar ervaring nodig om de teelt volledig in de vingers te krijgen. Maar eigenlijk moet je het over een periode van 4-5 jaar bekijken of de teelt bij jou past. Bij adviseurs is er nog vaak weinig kennis over deze kleine, opkomende teelt. Mijn advies is daarom vooral: ga bij collega’s langs! Dan krijg je een goed beeld van hoe het groeit en bloeit. Inspireer en motiveer elkaar. Dan is de kans op succes groter.”