Vrouw bijbaan, man verbreedt

Van de boeren doet 22 procent aan verbreding en van de boerinnen 15 procent. Er zijn wel flinke verschillen tussen de verbredingsactivitieiten, constateert het CBS. Het zijn vooral boeren die aan landschaps- en natuurbeheer doen. Bij zorgboerderijen en agrotoerisme speelt de boerin een belangrijkere rol.

Bijbaan

Op ruim 38 procent van de agrarische bedrijven hebben boer en/of boerin een baan buiten het bedrijf. Van de boeren heeft 22 procent bijbaan en van de boerinnen 32 procent.

Grote bedrijven doen minder aan verbreding dan kleine. Alleen op de kleinste bedrijven wordt naar verhouding weinig aan verbreding gedaan. Voor bedrijven in alle grootteklassen komt verbreding meer voor rekening van de boer dan van de boerin. Verbreding is dus meer een zaak van de boer dan van de boerin.

Inkomen

Op de bedrijven met een standaardopbrengst kleiner dan 100.000 euro levert een bijbaan een behoorlijke aanvulling op het inkomen op. Op de bedrijven met een standaardopbrengst van 100.000 euro of meer hebben de boerinnen veel vaker een bijbaan dan op kleinere bedrijven. De bijbanen leveren vooral een belangrijke bijdrage aan de economische zelfstandigheid van de boerinnen.

In 2010 telde Nederland ruim 72.000 land- en tuinbouwbedrijven.