USDA zet in op hoge productie granen

Afgelopen vrijdag publiceerde USDA weer haar maandelijkse WASDE-rapport. Dit rapport geeft weer hoe de voorraden, consumptie en voorraden van de commodity’s zich ontwikkelen. De mei rapportage is de eerste in de reeks van publicatie over het seizoen 2013/14. Meestal zet USDA ‘hoog’ in. De graanmarkten reageerden niet of nauwelijks op de hoge productiecijfers voor tarwe, maïs en sojabonen. Uitgaande van een algemene toename in het areaal van de drie belangrijkste grondstoffen (tarwe, maïs en soja) in combinatie met goede groeiomstandigheden nemen de voorraden volgen s USDA voor het seizoen toe. Maar met een verwachte wereld productie van 701 miljoen tarwe en 966 miljoen ton maïs zijn de cijfertjes wel erg rooskleurig en overtreft daarmee ruimschoots de jongste cijfers van IGC. De voorwaarde om de riante prognose te realiseren zijn in deze de groeiomstandigheden. Al in de beginfase voor het nieuwe seizoen zijn in diverse gebieden (o.a. Rusland en VS) de weersomstandigheden verre van ideaal. Daarmee is in de eerste publicatie van de USDA voor dit seizoen geen rekenschap gehouden. Op basis van de huidige cijfers kunnen de graannoteringen niet omhoog, maar de markten houden rekenschap dat gedurende het seizoen de te verwachte opbrengstcijfers zich evolueren en lagere opbrengsten prognosticeren. Maandag avond worden alweer de Amerikaanse cijfers van de voortgang van de maïs inzaai verwacht en ook de rating van de wintertarwe “good to excellent” kunnen de markten richting geven. De notering van Matif tarwe november sloot op €210.50 (+€1.50).
Jan Bakker
