Telers zaaien opnieuw vogelakkers in

Uit vogeltellingen van afgelopen winter blijkt dat 94,8 procent van de getelde vogels zich ophield in de winterakkers. In totaal werden bijna 1700 vogels waargenomen, met als meest getelde soorten de groenling, vink, ringmus en rietgors. Daarnaast zijn ook typerende akkervogels zoals veldleeuwerik, graspieper en patrijs op de vogelakkers aangetroffen.
Nestgelegenheid
De tellingen van komende winter moeten uitwijzen of de aantallen nog verder omhoog gaan. Op dit moment vinden broedvogelinventarisaties plaats. De vorig jaar maart ingezaaide zomerakkers zorgen ook dit jaar voor nestgelegenheid en beschutting. De vele insecten in de kruidenrijke randen vormen een voedselrijke bron met veel eiwit, voor de groei van de jonge vogels.
Zaaimengsel
De deelnemende akkerbouwers hebben dit jaar een aantal praktische zaken rond het inzaaien en bewerken van de winterranden veranderd. Zo zijn de akkerbouwers dit jaar zelf financieel verantwoordelijk voor het inzaaien van de winterranden.
Verder is er gesproken over aanpassingen in het zaaimengsel. De ervaringen met tarwe en zonnebloemen in de randen zijn bijvoorbeeld niet erg positief, omdat deze snel zijn opgegeten. Uit de monitoring bleek dat bladrammanas nog de hoofdvoedselsoort was in januari en februari.
Positief effect
Het tweede jaar van het project moet gaan uitwijzen of de vogelakkers een positief effect hebben op de stand van akkervogels. De pilot is een gezamenlijk initiatief van LTO Noord-afdeling Hoeksche Waard, de Stichting voor agrarisch natuurbeheer Rietgors, Stichting Hoeksche Waard op de Kaart, Hoekschewaards Landschap en provincie Zuid-Holland.